In Practicum 1 onderzoeken jullie wat er gebeurt als je planten bepaalde elementen in hun voeding niet geeft. Maar hoe wisten we wat we wel of niet konden weglaten? Het zou toch ook best kunnen dat planten ook heel andere elementen nodig hebben om goed te kunnen
groeien?
Mogelijk veronderstelde Liebig: "Wat planten uit de grond opgenomen hebben zal er nog wel inzitten." Daarom onderzocht hij de as van planten en probeerde vast te stellen welke (van de meeste toen bekende) elementen aanwezig waren. Een dergelijk onderzoek doen jullie nu ook. Alleen testen we niet op alle 100 elementen, die we nu kennen.
Practicum 2
practicum 2a: de vlamtest
A: Planten-as
Planten-as maken is een klus die in een zuurkast moet gebeuren. Het is ook veel werk omdat je uit een handvol gras maar een klein beetje as overhoudt. Daarom krijg je van ons een potje waarin planten-as zit.
Onderzoek van de as
Jullie kennen vuurwerk. Vuurwerkmakers weten dat die kleuren horen bij bepaalde metalen, en mengen die metalen door het kruit.
Chemici gebruiken die kleuren juist om de aanwezigheid van metalen in een onbekende stof aan te tonen door middel van de vlamtest.
Voordat we planten-as gaan onderzoeken is het verstandig om eerst te oefenen met bekende stoffen zodat je de kleuren kunt herkennen en koppelen aan het juiste metaal. In tabel 65A zijn van een aantal elementen de kleuren vermeld. Daar staat ook een belangrijke tip om heldere kleuren te krijgen.
Het oefenen doen wij met verstuivers die gevuld zijn met oplossingen van verschillende elementen.
Op een aantal plaatsen in het lokaal staan opstellingen klaar voor de vlam test.
Zet de brander aan en maak een grote blauwe vlam.
Spuit nu een beetje vloeistof door de vlam heen niet de schoorsteen van de brander raken
noteer in een tabel de kleur die je ziet en het element wat daar bij hoort.
Test vervolgens het plantenas, gebruik daarvoor onderstaande methode
Een manier die goed werkt is om een metaaldraad, in ons geval een paperclip, eerst uit te gloeien, totdat de vlam kleurloos is, dan de punt eerst te dippen in zoutzuur en daarna in de te onderzoeken vaste stof en dan meteen die punt in het heetste deel van de vlam te houden.
Voer de proef uit op een zo donker mogelijke plek, dan zie je de kleuren het best.
Nog een punt: Natrium is een element dat overal aanwezig is (met name doordat zweet van onze handen natriumchloride bevat). Natrium geeft een goed zichtbare gele vlamkleur en je moet steeds je best doen om andere kleuren nog te herkennen als er ook natrium de vlam kleurt. Een hulpmiddel is eventueel het blauwe kobaltglaasje dat de gele kleur van natrium tegenhoudt. Dan zie je bij kalium (zwak violette vlamkleuring) die kleuring ook als er natrium aanwezig is.
Practicum 2b testreacties
In klas drie heb je kennis gemaakt met een aantal indicatoren, zo kan je bijvoorbeeld met custardpoeder water aantonen: custardpoeder wordt alleen geel als het in contact komt met water, niet met andere vloeistoffen. Je maakt nu kennis met een aantal andere indicatoren. Je kan ook zeggen dat je een aantal testreacties gaat uitvoeren op het planten-as.
Uitvoering
We doen deze proef in een roulatiesysteem: in de klas staan een aantal bakken klaar waar je een proefje kan uitvoeren. Als je klaar bent kan je kijken waar je terecht kan voor een andere proef. Je hoeft de proeven dus niet op een bepaalde volgorde te doen , als je ze allemaal maar doet. We hebben de volgende testen voor je klaargezet:
Test op de aanwezigheid van het element IJzer
• Los een beetje as op in salpeterzuur. Voeg een beetje geel bloedloogzout toe. Een blauwe kleur of een blauw neerslag duidt op de aanwezigheid van ijzer in het plantenmateriaal. Noteer of dat het geval was.
Andere Test op de aanwezigheid van IJzer (het verschil tussen deze twee proeven leggen we nog uit)
• Los een beetje as op in salpeterzuur. Voeg een beetje kaliumthiocyanaat-oplossing. Toe. Een rode kleur duidt op de aanwezigheid van ijzer.
Test op fosfor
• Los een beetje as op in verdund salpeterzuur. Voeg 2 ml oplossing A toe en voeg 2 ml oplossing B toe. Kwispel de reageerbuis en wacht een paar minuten (gebruik je tijd wel nuttig!) een blauwe kleur duidt op de aanwezigheid van fosfor.
Test op zwavel (in de zuurkast!)
• Los een beetje as op in geconcentreerd zoutzuur. Afgieten, verdunnen en filtreren als dit noodzakelijk is. Voeg bariumchloride-oplossing toe. Een wit neerslag (goed te zien tegen een donkere achtergrond) wijst op de aanwezigheid van zwavel in de plant. Gezien?
Test op stikstof
Testreacties gaan tegenwoordig ook vaak heel gemakkelijk met een teststrookje of testvloeistof waarbij het gewoon moet doen wat er op de verpakking staat, ook hier hebben we een voorbeeld van.
• doe een beetje as in een reageerbuis, voeg water toe, schud even en voer de test uit zoals het op de verpakking staat. Conclusie?
Test op chloor
• Los een beetje as op in verdund salpeterzuur. Voeg een beetje zilvernitraatoplossing toe. Een witte kleur of een wit neerslag wijst op de aanwezigheid van chloor in de plant.