Je kunt benoemen en beschrijven uit welke onderdelen een organisme is opgebouwd.
Atoom: Het allerkleinste waarneembare deeltje waaruit alle stoffen op de aarde zijn
opgebouwd. (Je kunt een atoom niet verder delen.
Molecuul: Moleculen bestaan uit een of meer atomen die aan elkaar gekoppelt zitten.
Cel: De bouwsteen van een organisme.
Weefsel: Een groep cellen met dezelfde vorm en dezelfde functie.
Orgaan: Een deel van een organisme met één of meer speciale functies.
Orgaanstelsel: Een groep organen die samen een bepaalde functie hebben.
Organisme: Een levend wezen.