Teamwork is heel belangrijk.
In bedrijven en in onderzoekgroepen wordt intensief samengewerkt.
Elke medewerker is specialist op een bepaald gebied. Minstens zo belangrijk is echter het overdragen van kennis en inzicht binnen het team.
De klas is verdeeld in groepen van vier leerlingen. Er wordt gewerkt volgens het expertsysteem. Dat betekent dat ieder lid van een groep expert wordt op een bepaald onderdeel van de leerstof.
Verdeel de taken binnen je groep.
Elke groep bestaat uit vier leerlingen. Elke leerling (a, b, c en d) beantwoord zijn eigen vragen.
Leerlingen die dezelfde vragen hebben beantwoord bespreken de antwoorden binnen de expertgroep.
Leerlingen keren terug in de oorspronkelijke groep en leggen elkaar de antwoorden uit.
Ieder lid van een groep bestudeert een onderdeel en voert de opdrachten uit die voor hem/haar bestemd zijn.
De experts die eenzelfde opdracht hebben uitgevoerd, gaan bij elkaar zitten en bespreken hun antwoorden. Samen komen ze tot het beste antwoord. Iedere expert zorgt voor zijn eigen aantekeningen.
Alle experts gaan weer terug naar hun eigen groep en nemen verantwoordelijkheid voor het overdragen van hun onderdeel aan de andere groepsleden. Daarbij is het zaak dat je niet alleen maar doceert, maar op gezette momenten ook de andere groepsgenoten prikkelt om zelf actief na te denken. Het is immers de bedoeling dat uiteindelijk iedereen alle opdrachten even goed beheerst.
“Als je iets aan een ander uit kunt leggen, weet je dat je het zelf goed hebt begrepen.” – citaat van een slimme leerling
De vier verschillende experts wisselen in hun groep de kennis van hun deelgebied uit. Als expert ben je er verantwoordelijk voor dat de andere teamleden de antwoorden op de vragen van je deelgebied begrijpen en noteren.
Aan het einde van deze opdracht moet je de antwoorden op alle zestien vragen in je schrift hebben staan en ook begrijpen hoe het precies zit!
Je gaat de tussenbalans opmaken. In je groep heb je veel nieuwe kennis en inzichten over de chemie achter geuren opgedaan. Niemand hoeft je te vertellen dat je computerbestanden regelmatig moet saven. Met leren werkt het ook zo.
Leg de regels voor de naamgeving op een kenniskaart vast.
Maak nog een opgaveblad wat door een klasgenoot is gemaakt in de huiswerkopdracht bij de vorige activiteit.
Ga na de test na wat je al goed begrepen hebt en wat nog niet goed gaat. Wat ga je doen om alle hoofdzaken goed onder de knie te krijgen?
In de voorgaande taken heb je je vakkennis en vakinzicht opgebouwd. Ga na of je alles onder de knie hebt gekregen.
Doe de volgende opdrachten individueel:
Kies een vertakt alcohol en een onvertakt carbonzuur uit en schrijf dit op een klein blaadje. Een medegroepslid moet aan de hand van deze beginstoffen kunnen opschrijven welke ester daaruit ontstaat: de juiste structuurformule en de systematische naam.
Wissel de blaadjes uit. Schrijf op welke ester uit de grondstoffen op het blaadje van je groepslid ontstaat.
Doe de volgende opdracht in je groep
Leg de vier blaadjes op tafel en bespreek samen of alle esters goed zijn genoteerd.
Leg aan elkaar uit aan de hand van molecuulmodellen wat wordt verstaan onder cis-trans isomerie.
Doe de volgende opdracht individueel:
Kies uit de lijst Triviale namen van BINAS tabel 66A vijf systematische namen van koolwaterstoffen. Noteer deze op een blaadje met tussenruimte, zodat je groepslid daar de structuur van op kan schrijven.
Doe de volgende opdracht in je groep:
Wissel zonder woorden de blaadjes uit. Maak de vijf testvragen, die je groepslid voor je heeft bedacht.
Geef de blaadjes zonder woorden door aan een ander groepslid, die deze blaadjes nog niet heeft gezien. Kijk op het blaadjes die je krijgt of de antwoorden goed zijn. Geef met een andere kleur pen of potlood aan wat anders moet.
Geef de blaadjes door aan het vierde groepslid die deze blaadje nog niet gezien heeft. Controleer de antwoorden op de blaadjes die je krijgt en geef een cijfer voor het resultaat. Geef 1 punt per goed beantwoorde vraag. Een kleine fout kost ½ punt, twee kleine fouten geeft 0 punten.
Ga na welke antwoorden je zelf goed had en waar nog problemen zijn.