In deze activiteit lichten we een tipje van de sluier op van de mysterieuze wereld van de reuk. Lees onderstaand artikel en maak de opgaven.
(BRON: “DE KLEUR VAN CHEMIE”) AUTEUR: LUDOLF MAAT VRIJE UNIVERSITEIT AMSTERDAM
Van de zintuigen wordt het reukzintuig, onze neus, door veel mensen als het minst belangrijk gezien, Horen, zien, voelen en proeven vinden we belangrijker. Ruiken is dan ook niet de sterkste kant van mensen. Veel dieren doen dat duidelijk beter. Honden, katten, maar ook insecten kunnen sommige stoffen ruiken, lang voordat wij die met de meest verfijnde apparatuur kunnen aantonen. Tot in de vorige eeuw had je overigens helemaal niet zo'n goede neus nodig om volop te kunnen ruiken. In die tijd rook (en stonk!) vrijwel alles. Mensen wasten zich nauwelijks, in bad gaan was er al helemaal niet bij: dat was gevaarlijk, daar werd je ziek van. Veel mensen rook je dus al voordat je ze zag. Overal stonk het naar urine en naar bedorven vlees, vis, groente en fruit. Er was geen riolering en ook waren koelkasten en conserveermiddelen nog onbekend. Vooral in de grote steden moet er een onbeschrijfelijke stank hebben gehangen. Zelfs in de kerk was je niet veilig: veel overledenen werden in de kerk begraven en vooral 's zomers was het er soms niet om te harden. Het gebruik van wierook was in die tijd niet alleen maar symbolisch: het was hard nodig om die penetrante lijklucht te verdringen, Wierook is al een van de oudste geuren. Al ver voor onze jaartelling werd het melksap uit de wierookstruik gewonnen en gebrand. Sinds die tijd worden stoffen die hun geur vooral bij verbranding afgeven, vaak bij religieuze rituelen zoals reuk- en geuroffers gebruikt. Ons woord parfum is daarvan afgeleid: 'per fumum' betekent 'door de rook'.
Tegenwoordig is de samenleving sterk 'ontgeurd'. je hoort jezelf en je medemensen niet meer te ruiken. We hebben geurvreters, luchtverfrissers en afzuigkappen om ongewenste geuren tegen te gaan. Zelfs de meeste rozen, vroeger het symbool van geurige bloemen, hebben hun geur bij het 'veredelen' verloren. In plaats daarvan ruik je nu nieuwe, vaak subtiele geuren, waarmee de samenleving ons voorzichtig probeert in te pakken. Een nieuwe auto met kunststof bekleding ruikt naar leer uit een spuitbus. Alles is te parfumeren, van kunstbloemen tot vlakgommetjes. Er zijn geurende vlakgommetjes te koop, die zo lekker naar banaan of aardbeien ruiken dat kinderen ze soms opeten. In tijdschriften komt de geuradvertentie steeds meer in zwang. Krabbel aan de bladzijde en je ruikt de whisky die geadverteerd staat. Omdat mensen met allergieën hiertegen protesteren, beperken sommige tijdschriften inmiddels het aantal bladzijden met dit soort advertenties. Soms worden geuren gebruikt om onze stemmingen en emoties te beïnvloeden. De geur van versgebakken brood stimuleert bijvoorbeeld het kopen. Vandaar dat in veel supermarken inmiddels een oven op de broodafdeling aanwezig is. In de Parijse Metro wordt dennengeur verspreid om de passagiers te kalmeren. En in sommige Japanse kantoren blaast de airconditioning
's morgens een stimulerend geurtje het gebouw binnen, om de mensen actief aan het werk te krijgen. Een idee voor school?