Opdracht 28

Lees nu de rest van basisstof 6 (p. 20 & 21).

Beantwoord de volgende vragen.

1. Sommige mensen hebben vooral in het voorjaar last van hooikoorts.
Voor welk stuifmeel zijn deze mensen vaak allergisch?
Voor stuifmeel van ......................................

2. Andere mensen hebben vooral in de zomer last van hooikoorts.
Voor welk stuifmeel zijn deze mensen vaak allergisch?
Voor stuifmeel van ......................................

3. Ga naar de website pollenkalender.tv en schrijf in je schrift van welke pollenplanten (bomen, struiken, grassen en kruiden) in deze maand bloeien. Bekijk ook een van de filmpjes door op een van de namen te klikken in het linkerrijtje. 

4. Wat is er aan de hand bij een allergie?

5. Welke verschijnselen kunnen ontstaan als je in aanraking bent geweest met een stof waar je allergisch voor bent?

Gebruik bij vraag 5 en 6 afbeelding 27 van je handboek.
6. Denise geeft astma- en COPD-patiënten ook vaak adviezen over wat ze kunnen doen om minder last van hun klachten te hebben.
Welk advies zal Denise vaak geven?

7. Een man van 50 die rookt wordt vergeleken met een man van 50 die niet rookt.
Hoeveel procent van zijn longfunctie is de man die rookt extra verloren door het roken?

Bij iemand van 50 jaar die rookt, is de longfunctie ................... afgenomen.

Bij iemand van 50 jaar die niet rookt, is de longfunctie met ................... afgenomen.

Iemand van 50 jaar die rookt, is ................ – ................ = ................ van zijn longfunctie verloren door het roken.