Zoals je al eerder heb gelezen praten de romeinen Latijn, zijn er goede wegen en was er goede handel. Maar hoe ziet het leven de romeinen er nou uit?
In het Romeinse Rijk zag je duidelijk het verschil tussen arme en rijke mensen. De rijke mensen hadden vaak veel macht en de arme niet. De rijke mensen woonden in mooie villa's en de arme in kleine huisjes zonder toilet, douche en tuin. Om de arme mensen tevreden te houden organiseerden de rijke mensen vaak evenementen. Tijdens deze evenementen werden de mensen getrakteerd op eten en allerlei voorstellingen. De bekendste zijn de gladiatoren gevechten, waarbij twee slaven elkaar bevochten tot dat er een winnaar uit naar voren kwam.
Romeinen hielden zich ook bezig met bouwkunst, omdat het rijk zo enorm groot was waren er gebouwen nodig waar veel mensen tegelijk konden zijn. Een van de bekendste bouwwerken van de romeinen is het colosseum, een grote gevechtsarena die je nog steeds in Rome kunt bewonderen. Ook werden er openbare toiletten en thermen (grote badhuizen) gebouwd, omdat de mensen geen badkamer in hun huizen hadden. Om de thermen van water te voorzien werden er aquaducten gebouwd om het water te verplaatsen. De romeinen gebruikten in hun bouwwerken de volgende bouwelementen:
1. beton dat in houten vormen kon worden gegoten;
2. baksteen;
3. boogconstructies met wigvormige stenen.
Tellen in het Romeinse rijk ging ook anders, romeinen tellen met letters:
I = 1
V = 5
X = 10
L = 50
C = 100
D = 500
M = 1000
Hierbij horen nog een aantal regels:
Opdracht 14:
Kopieer het schema naar je Word-document en geef een omschrijving van de begrippen.
Slaven | |
Thermen | |
Aquaducten |
Opdracht 15:
Zoek een afbeeldingen van de volgende gebouwen:
- Villa
- Colosseum
- Thermen
- Aquaducten
Opdracht 16:
a. Zet onderstaande Romeinse cijfers in gewone getallen:
DCXI
XVI
MMVIII
b. Zet nu je eigen geboortedatum in Romeinse cijfers.
c. Zet de volgende getallen in Romeinse cijfers:
1750
15670
345
Opdracht 17:
Bedenk nu zelf eens twee toetsen vragen over het dagelijks leven van de romeinen.