Zorg voor een volledige instructie voor het zelf werken. Denk aan een duidelijke taakomschrijving en aan afspraken rond regels (zie andere tab).
Tijdenshet samenwerkend leren gelden twee vuistregels:
De docent doet niets wat de leerlingen zelf kunnen. Dat wordt vooral bepaald door het uitstellen van hulp en door vragend te helpen (dwz geen antwoorden, maar vragen waardoor de leerling zelf weer vooruit kan).
De aanwezigheid van de docent verleent meerwaarde aan het samenwerken van leerlingen. Dat kan in de rol van scheidsrechter (veiligheid) of in de rol van coach (de groep zonder de docent laten werken met een beperkt aantal steunmomenten.)
Nahet samenwerken geldt:
Een nabespreking van de inhouden: wat heeft de groep opgeleverd (bv werkplan, mindmap, etc).
Nabespreking van het proces als tweede doel van de les: hoe verliep de samenwerking in de groep? Hield iedereen zich aan de taken? Werd er naar elkaar geluisterd?