3. Competenties

Tijd

45 minuten

 

Doel

Je kunt:

 

Weten

Om de opleiding succesvol af te ronden moet je een aantal competenties kunnen aantonen. Competenties hebben te maken met kennis, vaardigheid en houding. Voldoende kennis en vaardigheid en een goede houding heb je nodig om een goede baan te vinden en te houden.

 

 

Opdracht

Download de tabel en vul de tabel in.

 

TABEL COMPETENTIES

 

Je hebt nu een overzicht van jouw competenties.

Wat betekent dit nu voor jou en jouw toekomstig beroep? Beantwoord de volgende vragen:

  1. Wat is opvallend aan de jouw score?
  2. Vergelijk jouw antwoorden met die van een klasgenoot. Noem minimaal 2 verschillen tussen jullie antwoorden.
  3. Wat zijn jouw twee beste competenties? Waar kun je deze goed gebruiken? (Denk aan: werk, school en/of thuissituatie.)
  4. Wat kun je volgens jezelf minder goed? Waar kan dat problemen bij geven? (Denk aan: werk, school en/of thuissituatie.)
  5. Aan welke competenties wil je nog gaan werken in de toekomst? Hoe ga je dat doen? Geen duidelijk aan wat je gaat doen.

Werk je antwoorden uit in het Word-bestand.