Gekregen opdracht tijdens de les muziek:
Voeg je gemaakte verslag toe aan je online activiteitenmap.
Welke muziek luisterden de ouderen van nu toen ze zo oud waren als jullie?
Zoek muziek op uit de jaren 50 en 60.
Maak een kort verslagje (1A4, mag handgeschreven) in deze les en beantwoord de volgende vragen:
Werk alleen, in een twee-of drietal.
1. Welke muziekstijl was er populair in de jaren 50?
2. Wat was kenmerkend aan deze muziek? (noem 3 dingen denk aan; muziekinstrumenten, tempo/ritme, waar ging de muziek over enz.)
3. Noem vijf artiesten/bands uit deze tijd en bij iedere 1 nummer. Luister deze nummers.
4. Welke muziekstijl was er populair in de jaren 60?
5. Wat was kenmerkend aan deze muziek? (noem 3 dingen denk aan; muziekinstrumenten, tempo/ritme, waar ging de muziek over en wat er veranderde ten op zichtte van de jaren ‘50).
6. Noem vijf artiesten/bands uit deze tijd en bij iedere 1 nummer. Luister deze nummers. Voeg het verslagje toe aan je online activiteitenmap (getypt of duidelijk geschreven en een duidelijke foto ervan).
Doelgroep
Ouderen (kan evt. ook voor volwassenen).
Doel
Vermaak, herinneringen ophalen
Benodigdheden
Een lied uit de jaren van de ouderen (in dit geval jaren ’50 en ’60). Denk ook aan Nederlandstalig.
Plaats
-
Voorbereiding
Zorg dat je het lied zelf kent; de melodie en de tekst. Eventueel kun je de akkoorden instuderen op een begeleidend harmonie instrument (bijvoorbeeld een gitaar of piano) en het lied begeleiden.
Wil je het lied zingen/aanleren met ouderen: zorg voor tekst op groot formaat.
Uitvoering
Zing het lied voor of laat het horen. Geef aan welk stuk je eerst gaat oefenen (bijvoorbeeld de eerste twee zinnen van het eerste couplet).
Herhaal het een aantal keer. Besteed eventueel aandacht aan: ritme, melodie (op toon zingen), hoe gebruik je verder je stem.
Variatie
Maak de melodie tweestemmig (maak een heel koor).
Muziekstijl jaren 50 !
1. jazz, rock.
2. muziek instrumenten: drum, trompet, gitaar.
- het ritme was swingend.
3.
Fats domino: Blueberry hill
Bill haley: Rock around the clock
Cliff richard:Living doll
Buddy holly:peggy sue
cliff richard: move it
4.
In de jaren 60 was de pop muziekstijl erg populair.
5.
het ritme was anders, er werd meer instrumenten gebruik dan nu. De jaren 50 was het ritme iets langzamer dan de jaren 60.
6.
Bob Dylan: Like a rolling stone
Elvis Presley: In the gettho
Bobby vinton: Roses are red my love
Roy Orbison: Oh pretty woman
Donovan: Mellow yellow
Drama Werkvorm
Afspraakspel
De spelers maken van te voren afspraken over het te spelen spel en oefenen dit.
Dit is de meest bekende manier van
toneelspelen. De spelers maken afspraken
over de 5 W’s: wie, wat waar, waarom,
wanneer. Dit geeft veel houvast en maakt
deze werkvorm ook geschikt voor
beginnende of jonge spelers. Nog meer
houvast geeft eerst oefenen van het
toneelstukje.
Niet alle doelgroepen zijn in staat om
zelfstandig spelafspraken te maken. Die
begeleid je daarin.
Activiteit
Verweggiestan
Doelgroep
Vanaf 7 jaar
Doel
Zich aan (spel)afspraken houden
Samenspel
Hanteren van de 5 W’s en het maken van een speelbaar verhaaltje
Presenteren (o.a. niet met de rug naar het publiek)
Durf
Benodigdheden
(zo mogelijk) decor, attributen, verkleedkleren
Plaats
Op veel plekken mogelijk
Voorbereiding
Maak groepjes. Geef de volgende gegevens: het speelt zich af in een ver vreemd land. Er zijn inwoners van dit Verweggiestan en een paar Nederlandse toeristen die de taal niet spreken. De toeristen hebben geen geld meer en komen in de problemen. Laat elk groepje de 5W’s invullen en hun toneelstukje oefenen.
Extra uitdaging voor de Verweggiestaanders om een andere (fantasie)taal te spreken. Je kunt vooraf een Jabbertaal oefening spelen om dat te oefenen.
Uitvoering
Elk groepje speelt hun toneelstukje. Het publiek benoemt de 5 W’s.
Variatie
Geef andere onderwerpen of spelgegevens. De variaties zijn eindeloos.
Bedenk nu zelf een afspraakspel voor een zelfgekozen doelgroep en vul onderstaand format aan.
Drama Werkvorm
Afspraakspel
De spelers maken van te voren afspraken over het te spelen spel en/of oefenen dit.
Dit is de meest bekende manier van
toneelspelen. De spelers maken afspraken
over de 5 W’s: wie, wat waar, waarom,
wanneer. Dit geeft veel houvast en maakt
deze werkvorm ook geschikt voor
beginnende of jonge spelers. Nog meer afbeelding
houvast geeft eerst oefenen van het
toneelstukje.
Niet alle doelgroepen zijn in staat om
zelfstandig spelafspraken te maken. Die
begeleid je daarin.
Activiteit
Geef je opdracht een titel.
Doelgroep
Voor wie is het geschikt?
Doel
Zich aan (spel)afspraken houden
Samenspel
Hanteren van de 5 W’s en het maken van een speelbaar verhaaltje
Presenteren (o.a. niet met de rug naar het publiek)
Durf
Verdiepen in het thema …
Benodigdheden
(zo mogelijk) decor, attributen, verkleedkleren
Plaats
Wat voor ruimte heb je nodig?
Voorbereiding
Hoe luidt de opdracht voor de spelers en hoe gaan ze zich voorbereiden?
Uitvoering
Hoe gaan de spelers hun toneelstukje presenteren en hoe gaat de nabespreking?
Variatie
Geef andere onderwerpen of spelgegevens. De variaties zijn eindeloos.