Meervoudsvormen

Het gebruik van een trema

Bij meervoudsvormen plaats je een trema bij woorden die eindigen op -ie of -ee, als de klemtoon op de laatste lettergreep valt of als het woord uit één lettergreep bestaat:

* genie - genieën                     * fee - feeën
* industrie - industrieën           * slee - sleeën

In de andere gevallen schrijf je de uitgang -n. Je schrijft een trema om een verkeerde uitspraak te voorkomen.
* bacterie - bateriën                * porie - poriën

Ook plaats je een trema als je twee klinkers verkeerd kunt uitspreken.
Voorbeeld:
officiële, maar : officieel
diëtiste,
maar: dieet

Bij beantwoorden schrijf je dus geen trema, want dit kun je maar op één manier uitspreken.
Uitzonderingen:
museum, petroleum, elektricien, enz. Deze woorden hebben we uit vreemde talen overgenomen en krijgen dus geen trema.

Het gebruik van een apostrof

 


Woorden die eindigen op -a, -i, -o, -u, en -y, krijgen in het meervoud ’s

auto - auto's                         ► oma - oma's
► taxi  taxi's                             ► menu - menu's
► baby - baby's                         ► lama - lama's

Als het woord eindigt op a, i, o, u dan komt er 's. Let op: de y hoort erbij, maar de e doet niet mee. Dus na een y krijg je ook 's, maar eindigt je woord op een e, dan komt de s eraan vast!

 

Als het woord eindigt op twee of meer klinkers, dan schrijf je de s eraan vast.

 

► cowboy - cowboys                 ► cadeau - cadeaus

Oefening C
Meerkeuze

Oefening D
Makkelijke oefening

Oefening E
Nog een makkelijke oefening

Oefening F
Welke vorm is goed?

Oefening G
Kies de juiste vorm

Nu nog oefeningen met -en en -s door elkaar.

Oefening H
Alles door elkaar.