Extra

Het werkwoordelijk gezegde - Extra opgave

 

Download het werkblad werkwoordelijk gezegde
 

Schrijf de zinnen over in je schrift. 

Sla steeds genoeg regels over, zodat je ruimte hebt om te onderstrepen!

 

  1. Onderstreep in elke zin het werkwoordelijk gezegde.
  2. Maak dan direct daaronder zelf een andere zin, met hetzelfde werkwoordelijk gezegde, maar met een andere persoon.
  3. Maak tenslotte daaronder een derde zin, met hetzelfde werkwoordelijk gezegde maar in een andere tijd.

Voorbeeld:
- Ik ga morgen met een paar vrienden shoppen in het winkelcentrum.
- Jullie gaan morgen met een paar vrienden shoppen in het winkelcentrum.
- Ik ging vorige week met een paar vrienden shoppen in het winkelcentrum.