Mensen hebben miljoenen jaren lang geleefd als jagers en verzamelaars. De ontwikkeling van de landbouw is pas heel laat op gang gekomen, waarschijnlijk ongeveer 12.000 jaar geleden. Toen de omstandigheden gunstig waren gingen mensen zelf voedsel verbouwen. In het Midden-Oosten leefden de eerste landbouwers. De oevers van de rivieren Eufraat, de Nijl en de Tigris boden vruchtbare grond. Ongeveer 12.000 jaar geleden was het klimaat in dit gebied gunstig voor de teelt van allerlei graangewassen, zoals tarwe, haver en rogge. Deze overgang van een samenleving jager-verzamelaar naar een landbouwsamenleving wordt wel de agrarische revolutie genoemd.
Bij landbouw paste een andere leefstijl dan die bij het jagen en verzamelen. Een boer was aan zijn grond gebonden en bouwde een huis waar hij en zijn gezin in konden wonen. De woning stelde ook andere eisen dan de woning van een nomade. Omdat er niet wordt rondgetrokken maakt een boerengemeenschap alle seizoenen mee op één plek. De woning moest voldoende beschutting geven en flinke opslagplaatsen bieden voor de opbrengsten van het land.
Bij het boerenbedrijf hoort ook het houden van dieren, veeteelt. De eerste dieren die door mensen werden gehouden waren de wolf, schapen, geiten en varkens. Het houden van dieren had veel voordelen. Er was voedsel binnen handbereik in de vorm van vlees en melk. Wol werd een belangrijke grondstof voor kleding en dieren konden bovendien nuttig werk verzetten.
Vanaf ongeveer 5500 jaar voor Chr vindt er ook in Nederland een omslag plaats. De rondtrekkende jagers kiezen een vaste plaats om te wonen. Er werden door de bewoners bekers ontwikkeld die uit twee op elkaar geplakte vormen van klei werden gemaakt en werden gebakken in het open vuur. De kommetjes werden vaak voorzien van patronen. De potten hebben een wijde opening en worden daardoor trechterbekers genoemd. De mensen die deze cultuur in Noord Nederland ontwikkelden waren de voorlopers van de eerste boeren. Ze worden in de geschiedenis het Trechterbekervolk genoemd. Trechterbekers zijn veel opgegraven uit grafmonumenten uit die tijd, de Hunebedden.
Opdracht 9:
Lees paragraaf 1.3 op bladzijde 16 en 17.
Opdracht 10:
Maak in je Word document van deze paragraaf een samenvatting.
Doe dit als volgt:
Stap 1: Je leest een subparagraaf.
Stap 2: Noteer de begrippen uit deze subparagraaf (begrippen zijn de dikgedrukte woorden).
Stap 3: Noteer ook de eventuele belangrijke zaken uit de subparagraaf (zoals jaartallen en zaken/woorden die je opvallen).
Stap 4: Maak een kort verhaaltje van ongeveer 5 regels met daarin de zaken die je bij stap 2 en 3 hebt opgeschreven.
Stap 5: Lees je samenvatting goed door en vergelijk hem met de subparagraaf uit het boek, mis je nog iets voeg dit dan toe.
Stap 6: Maak een kloppend verhaaltje van je samenvatting (het moet geen verhaaltje zijn met gewoon wat zinnetjes achter elkaar die niet eens een verhaal samen vormen).
Stap 7: Ga verder met de volgende subparagraaf en begin dan weer bij stap 1 totdat je alle subparagraven gehad hebt.
Opdracht 11:
Lees de bovenstaande tekst en beantwoord de vragen in je Word-document.
1. Waar ontstonden de eerste landbouwnederzettingen?
A. Midden-Oosten
B. Afrika
2. De eerste landbouwsamenlevingen ontstonden op de oevers van rivieren. Welke rivieren?
A. de Rijn, de Maas en de IJssel.
B. de Eufraat en de Tigris.
3. De eerste landbouwers in het Midden-Oosten verbouwden vooral ...
A. Graangewassen zoals tarwe en rogge.
B. Aardappelen en groente
4. De jagers-verzamelaars hadden een nomadische levenswijze. Wat betekent dat?
A. Ze trokken rond.
B. Ze leefden op een vaste plek.
5. Kopier het onderstaande schema naar je Word-Document en vul hem in.
Jagers-verzamelaars | Boeren | |
Hoe komen ze aan hun eten? | ||
Hoe wonen ze? |
Opdracht 12:
Kopieer dit schema naar je Word document en vul de betekenis van de woorden in.
Agrarische revolutie | |
Landbouw | |
Veeteelt | |
Trechterbekervolk | |
Domesticeren | |
Beschaving | |
Irrigatie |
Opdracht 13:
Geef antwoord in je Word document op de deelvraag:
Hoe leven de eerste boeren?
Gebruik hierbij de volgende woorden:
Landbouw - Veeteelt - Beschaving