Spelling en interpunctie

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Werkwoordspelling

Alle zinnen bevatten werkwoorden, is je dat wel eens opgevallen? De spellingscorrector geeft foute werkwoordsvomen in de tekst niet aan, daarom moet een schrijver de regels voor de werkwoordspelling beheersen.

 

Persoonsvorm

De persoonsvormen vind je door de zin van tijd te veranderen: de werkwoorden die mee veranderen zijn persoonsvormen.

 

  De prinses kon niet geloven dat de kikker in een prins veranderd was.

  De prinses kan niet geloven dat de kikker in een prins veranderd is.

 

De werkwoorden kon en was veranderen, dus kon en was zijn persoonsvormen.

 

Tegenwoordige tijd

Spel de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd enkelvoud

  als STAM (als er ik bij staat; als er je/jij achter staat) ik raad, raad jij

  als STAM+T (in alle andere gevallen) jij raadt, zij raadt, de prins raadt

Spel de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd meervoud

  als INFINITIEF (hele werkwoord) de mensen raden

 

Zwakke (regelmatige) werkwoorden verleden tijd (inclusief voltooid deelwoord)

Gebruik bij zwakke werkwoorden 't ex-fokschaap

als de letter voor de uitgang -en van het hele werkwoord een t/x/f/k/s/ch/p is

schrijf de verleden tijd dan als STAM+te(n)

 

  juichde of juichte?

  juichen:

  de ch staat in 't ex-fokschaap, dus: juichte (ev) juichten (mv) gejuicht (vdw)

 

  beloofde of beloofte?

  beloven:

  de v staat niet in 't ex-fokschaap, dus: beloofde (ev) beloofden (mv) beloofd (vdw)

 

  't ex-fokschaap - je gebruikt alleen de medeklinkers,

  de klinkers doen niet mee (e/o/aa)!

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Sterke (onregelmatige) werkwoorden verleden tijd

De vervoeging van de sterke werkwoorden in de verleden tijd levert geen spellingsproblemen op. Bij sterke werkwoorden is er klinkerverandering.

lopen: liep (ev) liepen (mv) gelopen (onregelmatig vdw)

 

Import werkwoorden verleden tijd

Engelse werkwoorden die in het Nederlands gebruikt worden, vervoeg je alsof het Nederlandse werkwoorden zijn. Je let daarbij op de klank van de laatste letter als je   -en- van het hele werkwoord weg laat. Gebruik indien nodig je woordenboek.

 

  hij showde, hij rugbyde, ik plande, jij hockeyde

 

Laat de Engelse uitgangs-e staan als je uitspraakproblemen krijgt.

 

  racen: hij racete, wij raceten, hij heeft geracet (laatste letter klinkt als s)

  timen: hij timede, wij timeden, hij heeft getimed

  deleten: hij deletete, wij deleteten, hij heeft gedeletet

  e-mailen: hij e-mailde, wij e-mailden, hij heeft ge-e-maild

 

Je gebruikt in de verleden tijd dus ook hier 't ex-fokschaap.

 

Andere werkwoordsvormen

 

Andere werkwoordsvormen dan de persoonsvorm zijn:  

  infinitief = het hele werkwoord (lopen, gaan, werken, denken, slapen)

  gebiedende wijs = de stam (loop, ga, werk, denk, slaap)

  onvoltooid deelwoord = hele ww+d (lopend, gaand, werkend, denkend, slapend)

  voltooid deelwoord (gelopen, gegaan, gewerkt, gedacht, geslapen)

 

De infinitief wordt ook wel de woordenboekvorm genoemd, dat is het hele werkwoord, oppassen, spelen, leren.

Spel de gebiedende wijs als STAM. Pas op! Speel die bal eens! Leer je werk nu!

Spel het onvoltooid deelwoord als infinitief + d(e), oppassende, spelende, lerende.

 

Bijvoeglijk naamwoord gemaakt van (on)voltooid deelwoord

 

Van een onvoltooid deelwoorden een voltooid deelwoord kun je een bijvoeglijk naamwoord maken. Spel het bijvoeglijk naamwoord altijd zo kort mogelijk. Let hierbij wel op, dat de uitspraak in orde moet blijven!

 

  Piet lijkt op die vergrote foto best een flinke kerel. (De foto is vergroot.)

  De gisteren gespeelde wedstrijd eindigde teleurstellend. (De wedstrijd is gespeeld.)

  De pas gewitte wanden werden vies gemaakt door de geredde dieren. (De wanden     zijn gewit. De dieren zijn gered.)

 

In de laatste zin schrijf je dubbel -t en dubbel -d vanwege de uitspraak.

 

 

 

Stel jezelf de volgende vragen...

Hoe vind je de persoonsvorm van een zin?

Hoe spel je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd?

Hoe spel je de persoonsvorm in de verleden tijd?

Hoe bepaal je de laatste letter van het voltooid deelwoord?

Hoe spel je het onvoltooid deelwoord?

Hoe spel je bijvoeglijk gebruikte deelwoorden?

 

 

 

Bekijk de opfriscursus en de ultieme uitleg van de werkwoordspellingsregels

indien je de vragen niet allemaal (correct) kon beantwoorden.

 

 

 
 
Opdracht
 
Vul de volgende oefening in. Schrijf steeds alle vormen in je schrift.
Let op! Er staan zowel zwakke als sterke werkwoorden in de opdracht.
Doe het als volgt:
 
Voorbeeld: voorspellen:
(tegenwoordige tijd) Ik voorspel – jij/hij/zij/u voorspelt – wij/jullie/zij voorspellen
(verleden tijd) ik/jij/hij/zij/u voorspelde – wij/jullie/zij voorspelden – ik/… heb/hebben voorspeld
 
1 veranderen: (tt.) ik … - jij/hij … - wij … - (vt.) ik … - wij … - (vdw) ik heb/ben …
2 wennen:
3 wenden:
4 broeden:
5 vluchten:
6 onderhandelen:
7 breien:
8 uitbreiden:
9 volgen:
10 zuchten:
11 surfen:
12 zweven:
13 niezen:
14 fietsen:
15 rijden:
16 nemen:
17 worden:
18 blijven:
19 groeien:
20 verfraaien:
 
Ga nu verder met oefenen op Cambiumned.nl of Beterspellen.nl.
Als je het nog lastig vindt, begin dan met alleen tegenwoordige tijd, daarna alleen verleden tijd en dan pas de gemengde opgaven.
 
 
 

 

 

 

 

 

Oefeningen via Cambiumned:

 

 

 

Spellingregels

Klik op de begrippen (via CambiumNed)