Deze fout wordt het meest gemaakt in opsommingen. Er is sprake van een symmetriefout als er ongelijkheid is in bouw en vorm van de delen van een opsomming.
Voorbeeld: Het is belangrijk dat je altijd je huiswerk maakt, goed luistert naar wat er gezegd wordt en je moet op tijd je opdrachten inleveren.
Het laatste deel van de opsomming staat in een andere vorm dan de eerste twee delen.
Beter: … en je opdrachten op tijd inlevert.
Men zegt dat het veel gaat regenen, maar ze zeggen zoveel (goed is: … maar men zegt…).
Schaken dwingt je tot snelle reacties en goed je verstand te gebruiken (goed is: … je snel te reageren en …).