FOUTIEVE SAMENTREKKING

 
Samentrekking wil zeggen dat je een deel van een woord, een woord of zinsdeel een keer weglaat, als dat twee keer voorkomt in een zin.
 
 
Voorbeelden:
 

dames- en herenkleding (dameskleding en herenkleding)

dure en goedkope broeken (dure broeken en goedkope broeken)

Carel gaat naar Libanon en Maurits naar China. (Carel gaat naar Libanon en Maurits gaat naar China.

 
 
Niet iedere samentrekking is fout. Wanneer mag het nu wel en wanneer niet?
 
Als de samentrekking aan de volgende drie eisen voldoet, is het een goede samentrekking.
  1. De betekenis van het deel van het woord, het woord of het zinsdeel moet in beide gevallen hetzelfde zijn.
  2. De vorm moet hetzelfde zijn in beide gevallen.
  3. De grammaticale functie moet hetzelfde zijn in beide gevallen.
 
Voorbeelden:
 

Sinterklaas had een mijter op en acht neuten. 'Op hebben' in de betekenis van: op zijn hoofd/ gedronken (Toon Hermans)

Ferdinand heeft een leuke baan, maar er ook hard voor gewerkt. Ferdinand is in beide gevallen onderwerp, dus dat klopt. Heeft is in beide gevallen persoonsvorm, maar in het eerste deel van de zin is het een zelfstandig werkwoord en in het tweede deel een hulpwerkwoord. Ferdinand mag dus weggelaten worden, maar heeft niet.

Die film boeide mij zeer en mag je zeker niet misĀ­sen. Die film is in het eerste deel van de zin onderwerp, in het tweede deel lijdend voorwerp.