1.2 Organiseert eigen werkzaamheden

1.2. Organiseert eigen werkzaamheden

-  controleert werking van werktuigen, gereedschappen, machines, apparaten en (persoonlijke) veiligheidsvoorzieningen

-  verhelpt zelf eenvoudige afwijkingen

-  schakelt leidinggevende in bij complexere zaken

-  maakt machines uitvoeringsgereed

-  neemt de te verwerken producten, middelen en materialen mee naar werkplek

-  schakelt bij problemen of twijfel leidinggevende in

 

Opdracht 1.2. Controleer je tijdsplanning en maak een verslag van onderstaande vragen.