We spreken van massatoerisme als veel toeristen naar hetzelfde gebied op reis gaan in dezelfde periode. Dat kunnen in de zomer de zonovergoten stranden van de Costa del Sol zijn en in de winter de populaire skioorden in Oostenrijk. In die gebieden bevinden zich vaak hotels die relatief veel voorzieningen en groepsactiviteiten aanbieden.
Massatoerisme is een vorm van toerisme die ontstond na de jaren 1960. In die periode gingen de mensen meer verdienen en kregen ze meer vrije tijd om op vakantie te gaan.
Men ging ook steeds verder op vakantie, omdat de vervoermiddelen (met name het vliegtuig) sterk verbeterden.
Het massatoerisme heeft de sterke groei onder meer te danken aan het aanbod van goedkopere vliegtickets. Ook de vermelding van toeristische trekpleisters in reisgidsen zoals de Lonely Planet versterken het massatoerisme.
Doordat men massaal naar dezelfde plaatsen reist, kan het ecologisch evenwicht van een gebied verstoord raken (bijvoorbeeld door het meenemen van planten, bouwen van hotels, verbruik van grondwater en afvoer van riolering). Ook het reizen zelf is niet goed voor het milieu (uitstoot van kooldioxide en aanleg van vliegvelden en wegen).
Op lange termijn kan dit ervoor zorgen dat een gebied minder aantrekkelijk wordt en daardoor in financiƫle problemen raakt.
Na jarenlange afhankelijkheid van toerisme kan een economische crisis ontstaan als dit toerisme wegvalt.