Megasteden worden te vol en de smog is vaak ondraaglijk. Bovendien wordt de grond om huizen te bouwen steeds schaarser en de grondprijs steeds hoger. De overheid in ontwikkelingslanden faalt in haar beleid om voor voldoende en gedegen huisvesting te zorgen. Hierdoor komen migranten van het platteland vaak in krottenwijken terecht.
Een krottenwijk is een wijk die (voor het overgrote deel) bestaat uit krotten (oude of vervallen huizen). Een krot in een ontwikkelingsland is vaak een kleine woning, gemaakt van niet-stevig, goedkoop bouw- of afvalmateriaal, karton of golfplaten.
Het bijzondere van een krot is dat er geen architect of bouwbedrijf aan te pas komt. Mensen bouwen hun huis zelf of met hulp van vrienden en familieleden, meestal zonder bouwvergunning. Huizen staan kriskras door elkaar of zijn gescheiden door smalle steegjes. Vandaar de andere naam die je vaak tegenkomt: sloppenwijken. Een slop is een smalle steeg: een nauwe doorgang tussen huizen.
Een op de zeven à acht mensen op de wereld woont in een krottenwijk. Belangrijke voorzieningen als stromend water, riolering, elektriciteit, (goed) onderwijs, (goede) zorg ontbreken en mensen leven in vaak erbarmelijke omstandigheden.
De meeste mensen in deze wijken hebben geen werk of slecht betaalde ongeschoolde arbeid: onder hen vind je onder meer schoenenpoetsers, straatventers, straatmuzikanten, bedelaars, dieven en prostituees (ook kinderen). Sanitaire voorzieningen (zoals een waterleiding en riolering) ontbreken veelal. Krottenwijken met hun open riolen zijn broedplaatsen voor ziektes.
Wie kan, probeert weg te komen uit de krottenwijk naar een betere wijk elders in de stad. Maar de kans om eruit te komen, is klein. De wat rijkeren verdelen de baantjes onder hun vrienden en familieleden, de armen zijn gedoemd arm te blijven.
Zodoende ontstaat er een scheiding tussen de (rijkere) en (armere) bevolking, ook wel segregatie genoemd.
Bestudeer de pagina hierover in de Kennisbank.
![]() |
Segregatie |