Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je kunt omschrijven om welke redenen mensen zich in Nederland vestigen en met welke status ze in Nederland verblijven.
Aan de slag | ||
Stap | Activiteit | |
Stap 1 | ![]() |
Je bestudeert de Kennisbank en leest over immigratie en hoe deze in de loop der jaren verschuift. Je bekijkt de top10 van immigratielanden en een grafiek met immigratiecijfers. In de oefening bekijk je een video over redenen om te emigreren en beantwoordt er vragen over. |
Stap 2 | ![]() |
Je leest de verhalen over inwoners van voormalig Nederlandse koloniƫn en van Suriname die naar Nederland emigreerden. Je beantwoordt een vraag hierover. |
Stap 3 | ![]() |
Je leert over de komst van gastarbeiders in de jaren vijftig van vorige eeuw en over het feit dat velen gebleven zijn. De groeiende komst van veel Polen is het gevolg van toetreding van Polen tot de EU. Je bekijkt een video over de nieuwkomers en beantwoordt vragen. |
Stap 4 | ![]() |
Je leert over de komst van vluchtelingen en asielzoekers en wat het verschil is tussen deze twee groepen. Je bekijkt een grafiek en beantwoordt vragen. |
Stap 5 | ![]() |
Je leert over een positief en negatief migratiesaldo. In de oefening bekijk je een grafiek en beantwoordt er vragen over. |
Afronding | ||
Onderdeel | Activiteit | |
Begrippen | ![]() |
De begrippen gaan over immigratie. |
Eindopdracht A | ![]() |
Kies je voor opdracht A: dan maak je de toets. |
Eindopdracht B | ![]() |
Kies je voor opdracht B: dan maken jullie een eindproduct naar keuze. |
Terugkijken | ![]() |
Terugkijken op de opdracht. |
Benodigdheden
Geen bijzonderheden.
Tijd
Voor de opdrachten bij dit onderwerp heb je ongeveer 2 uur nodig.