De meeste zelfstandige naamwoorden hebben in het meervoud -en
► stoel - stoelen ► boek - boeken
► bord - borden ► schrift - schriften
Als een woord een korte klank heeft en eindigt op één medeklinker, krijgt het in het meervoud twee medeklinkers
► tas - tassen ► pen - pennen
► les - lessen ► zus - zussen
► wond – wonden ► bank – banken
Er zijn enkele uitzonderingen
► dag - dagen ► dak - daken
► weg - wegen ► slot - sloten
Als een woord een lange klank heeft (twee dezelfde klinkers) en eindigt op één medeklinker, krijgt het in het meervoud één klinker, en één medeklinker
► naam - namen ► been - benen
► potlood - potloden ►baan - banen
► brief – brieven ► muis – muizen
Oefening A
Om te beginnen
Oefening B
Schrijf het meervoud
Oefening C
Vul in...
Oefening D
Vul de juiste vorm in.