Opdracht 7: de kenmerken van bladeren
Leg deze spullen klaar:
- 4 mooie gedroogde bladeren die heel verschillend van elkaar zijn
- 2 vellen tekenpapier en een potlood
- plakband en/of lijm
Werkwijze:
1.Verdeel ieder tekenvel in twee helften (vouwen of trek een lijn met liniaal). Zet op allebei de vellen je naam, klas en datum. En ook het onderwerp van de opdracht: kenmerken van bladeren.
2. Plak op ieder vel papier twee van je blaadjes (met lijm of plakband). Zorg voor schrijfruimte naast of onder ieder blaadje.
3. Trek bij ieder blaadje vijf lijntjes met je liniaal, onder elkaar. Je moet er wat op kunnen schrijven:
- enkelvoudig óf gespleten óf samengesteld (kies welke van deze drie bij jouw blad hoort)
- nervatuur:
- bladrand:
- bladvorm:
- naam van de boom:
4. Schrijf bij ieder blaadje of het enkelvoudig is of gespleten of samengesteld. (zie hieronder)
5. Schrijf op welk soort nervatuur het blad heeft: veernervig, handnervig of parallelnervig. (zie hieronder)
5. Ga voor ieder blad apart opzoeken welke bladvorm en bladrand het blad heeft. Gebruik internet, begin met de sites hieronder.
6. Probeer de naam te vinden van de boom waar het blaadje vanaf komt. Gebruik internet of een bomengids die in de klas ligt.
Zoek op je laptop, bij voorbeeld op deze sites:
- http://www.10voorbiologie.nl/index.php?cat=3&id=1700
- http://www.flora-europa.nl/index.php/determineren/bomen-en-struiken Scroll op deze site omlaag tot je bladvormen en bladranden tegenkomt
- Je eigen biologiesite: bij de lesstof van thema 2, extra basisstof 8 (kenmerken van een blad)
- Bioplek.org: http://www.bioplek.org/animaties%20onderbouw/fotosyntheseonderb/bladvormapart.html
- Om namen van bomen te vinden: http://www.bomen-determineren.com/ Kies voor: zoek op zicht, of voor: determineren
Is je blad enkelvoudig, gespleten of samengesteld?
Let op de plaats van de okselknop.
Nervatuur:
kies uit deze drie;