Aan het eind van het thema kun je:
Leerdoel | Opdrachten |
Je kunt omschrijven waar en wanneer de eerste landbouwnederzettingen ontstonden. |
Ontstaan landbouw |
Je kunt het begrip 'agrarische revolutie' herkennen. | Ontstaan landbouw |
Je kunt beschrijven dat er hiƫrarchie heerste in de steden. | Stedelijke samenleving |
Je kunt aangeven waar de eerste stedelijke gemeenschappen ontstonden. | Stedelijke samenleving |
Je kunt beschrijven hoe de arme en rijke Romeinen woonden. | Wonen Romeinen |
Je kunt beschrijven hoe een Romeinse villa is ingedeeld. | Wonen Romeinen |
Je kunt herkennen dat de samenleving veranderde door de opkomst van de handel en de bouw van nieuwe steden. | De eerste steden in Nederland |
Je kunt omschrijven hoe de geldeconomie in de steden op gang kwam. | De eerste steden in Nederland |
Je kunt de verschillende fasen van het bouwproces van een nieuwbouwhuis herkennen. | Van plan tot woning |
Je kunt een aantal voorbeelden noemen van beroepen die bij het bouwproces betrokken zijn. | Van plan tot woning |
Je kunt een aantal woningtypes herkennen die in een buurt kunnen staan. | Je eigen buurt |
Je kunt een beschrijving geven van de leefsituatie in je eigen buurt. | Je eigen buurt |
Je kunt uitleggen waarom iemand met een hoog inkomen meer kan lenen dan iemand met een laag inkomen. | Huis te koop |
Je kunt de begrippen verklaren: hypotheek, onderpand, rente, hypotheeknemer en hypotheekgever. | Huis te koop |
Je kunt een plan opzetten voor het ontwerp van een nieuwe wijk. |
Ontwerp een wijk |
Je kunt een plattegrond met het ontwerp van een nieuwe wijk bedenken. | Ontwerp een wijk |
Je kunt omschrijven waarom mensen ondanks het dreigende gevaar toch in gevaarlijke gebieden willen wonen. | Extreme woonplekken |