Activiteiten
De activiteiten in deze opdracht dragen bij tot het volgende leerdoel:
Je kunt verschillende soorten toerisme onderscheiden. Ook herken je verschillende vormen van vakanties en recreatie.
Aan de slag | ||
Stap | Activiteit | |
Stap 1 | ![]() |
Je bestudeert de Kennisbank over toerisme. Je leert verschillende soorten toerisme te onderscheiden door de vragen te beantwoorden. |
Stap 2 | ![]() |
Je bekijkt welke vakantielanden populair zijn onder Nederlanders. Je beantwoordt een vraag en bekijkt het resultaat met een klasgenoot. |
Stap 3 | ![]() |
Je bekijkt een schema en bepaalt naar welke 7 Europese landen de meeste toeristen gaan in zomer en in winter. |
Afronding | ||
Onderdeel | Activiteit | |
Begrippen | ![]() |
De begrippen hebben betrekking op toerisme. |
Eindopdracht | ![]() |
Je maakt samen met een klasgenoot een collage over toerisme in verschillende vormen. |
Terugkijken | ![]() |
Terugkijken op de opdracht. |
Benodigdheden
Geen bijzonderheden.
Tijd
Voor deze opdracht heb je ongeveer 2 uur nodig.