Stap 6: Klonen

Wanneer een kweker een bepaalde variëteit van een plant door kruisen heeft gemaakt dan lukt het niet altijd om daar een zuivere lijn van te maken.
Om de eigenschappen van je gekozen variëteit constant te houden is ongeslachtelijke voortplanting een mogelijkheid. Je noemt dat klonen.
Nieuwe eigenschappen kun je inkruisen.

Maak met je klasgenoot een keuze uit één van volgende twee opdrachten.

Opdracht A - Stekken
Veel mensen vermeerderen zelf kamerplanten. Dit heet stekken.
Stekken is een vorm van klonen waarbij een gedeelte van een plant wordt gebruikt om meer planten te maken.
Maak per twee personen een overzicht van de verschillende plantendelen die je kunt stekken.
Zet daarin de namen van de onderdelen die bij het stekken worden gebruikt en geef ook twee voorbeelden van planten.
Gebruik deze link als informatiebron.

Verdeel het aantal methodes om planten te stekken over je klas.
Probeer per tweetal of viertal een methode uit.
Verdeel de stekjes over de liefhebbers in de klas.

Opdracht B - Aardappelen
Bollen en knollen worden in de tuinbouw veel gebruikt om te klonen.
Een aantal Nederlandse aardappelrassen is ontstaan door kruising gevolgd door klonen van de planten.
Bij aardappels worden de knollen gebruikt.
Men kweekt meer dan 200 verschillende aardappelrassen.
Er worden heel veel eisen aan de aardappel gesteld.
De top 7 van Nederlandse aardappelen is:

  1. Bintje
  2. Bildtstar
  3. Nicola
  4. Redstar
  5. Frieslander
  6. Eigenheimer
  7. Doré.

Verdeel de aardappelrassen over het deel van de klas dat opdracht B kiest.

Probeer een voorbeeld van je ‘keuze aardappel te vinden in de winkel.

Gebruik de link