Stap 5: Meetgegevens

Meetgegevens presenteren
Meetgegevens kun je presenteren in een diagram.
Bestudeer de verschillende diagramtypen.

Lijndiagram

Een lijndiagram wordt gebruikt om veranderingen weer te geven. Hierboven gaat het om de verandering van de lengte gedurende een bepaalde tijd.

Staafdiagram - 1

Een staafdiagram wordt gebruikt om aantallen weer te geven en met elkaar te kunnen vergelijken. Het is overzichtelijker als je eerst de aantallen van groot naar klein of klein naar groot sorteert.

Staafdiagram - 2

In Excel noemt men bovenstaande type diagram: 'staafdiagram'. De normale staafdiagram heet in Excel: 'kolomdiagram'. Voor het aflezen van namen zoals hier zijn horizontale teksten handig.

Cirkeldiagram

Een cirkeldiagram is geschikt om zaken in verhouding te vergelijken. Zo kunnen de gedragselementen van 2 eendensoorten elk in zo'n diagram worden gezet. Men ziet dan aan de kleur welke elementen in andere hoeveelheden voorkomen.

Titel

Zet boven een diagram altijd een titel, die aangeeft waar het diagram over gaat. Gebruik in elk geval de eenheid van de verticale as (= dat wat wordt onderzocht) in de titel en eventueel ook de eenheid van de horizontale as.

Assen benoemen

Het is belangrijk om bij diagrammen assen goed te benoemen: Noem eerst de grootheid en zet de eenheid er achter (zie hierboven). Als je met de hand werkt: Maak een goede schaalverdeling voor de as. En ... sla bij het nummeren niets over.

Grafiek tekenen

Gebruik een potlood en geodriehoek. Geef elk getallenpaar van de twee grootheden met een stipje aan in het diagram. Kies welk soort lijn het best door de punten past: een rechte of een vloeiende kromme en trek hem door zo veel mogelijk punten of er vlak langs. Laat een sterk afwijkend punt buiten de grafiek.


Meer details over het maken van een grafiek vind je hier www.bioplek.org