Wat ga ik leren?

Na deze module ken je:
- de verschillen tussen ei- en zaadcellen,
- het verschil tussen bruin en wit vet,
- de voor- en nadelen van moedermelk,
- de lengte van een ‘normale’ zwangerschapsduur,
- de werkzaamheden van de verloskundige.
Na deze module begrijp je:
- waar de bevruchting plaatsvindt,
- hoe tweelingen ontstaan.
Na deze module kun je:
- uitleggen hoe en wanneer de bevruchte eicel zich innestelt,
- de kenmerken en functies omschrijven van de navelstreng, placenta, vruchtwater en vruchtvliezen,
- een korte omschrijving geven van de volgende begrippen: blastula, hechtsteel, zygote, embryo, foetus,
- de ontwikkeling van een baby beschrijven van bevruchte eicel tot direct na de geboorte,
- figuren en tabellen uit Biodata/Binas die gaan over bevruchting, zwangerschap gebruiken,
- een grafiek maken van de hormoonhuishouding tijdens een zwangerschap,
- de fasen van een vaginale bevalling uitleggen.