Populaties
Je hebt in de vorige stap al gezien dat de grootte van een populatie kan toenemen en afnemen door de invloed van abiotische factoren.
De leefomstandigheden van organismen veranderen voortdurend en daarmee ook de grootte van de populaties. De grootte van een populatie kan ook toe- of afnemen door biotische factoren. Tussen populaties van dezelfde soort, maar ook tussen populaties van verschillende soorten, bestaan relaties.
Beantwoord de volgende eindexamenvraag:
![]() |
Havo Biologie 2012-1 vraag 14 |
Relaties tussen organismen van dezelfde populatie
Bekijk het filmfragment. Bespreek met een klasgenoot welke relaties er bestaan tussen de organismen van deze populatie?
Zoek na het kijken zelf een video (Youtube of andere bron) met daarin een voorbeeld. Deel de linkjes met je klasgenoten. Overleg met je docent welke video je klassikaal gaat bekijken.
Bestudeer Kennisbank en beantwoord dan de twee vragen:
![]() |
Populatiegrootte en –dichtheid |
Bestudeer Kennisbank:
![]() |
Relaties binnen populaties |
Groei van een populatie
Of een populatie daadwerkelijk kan groeien is afhankelijk van de beschikbaarheid van alles wat een organisme nodig heeft, zoals voedingsstoffen, zuurstof, andere organismen als voedsel, partner of als woonplaats of gastheer.
Onder ideale groeiomstandigheden zal een populatie binnen een bepaalde tijd verdubbelen.
De populatiegroei is exponentieel. Blijft een populatie dan maar groeien?
Lees hier meer over in de Kennisbank:
![]() |
Beperkte en onbeperkte groei van een populatie |