beschrijf je de bouw, werking en functie van organen en cellen betrokken bij de afweer van de mens.
beschrijf je de specifieke en aspecifieke afweer als reactie op lichaamsvreemde en lichaamseigen stoffen en cellen.
beschrijf je de kenmerken van natuurlijke en kunstmatige immuniteit en van actieve en passieve immuniteit.
beschrijf je wat het AB0-bloedgroepensysteem en de rhesusfactor betekenen in het kader van bloedtransfusies.
Deelconcepten
Huid en slijmvliezen, bloed, lymfe, milt, lymfeknopen, macrofagen, lichaamseigen, lichaamsvreemd, mechanische en chemische afweer van planten, natuurlijke en kunstmatige immuniteit, actieve en passieve immuniteit, vaccinatie, antigenen en antistoffen, T- en B-cellen, transplantatie, bloedtransfusie, ABO-systeem, resusfactor, donor en acceptor.