MZ 4 SD/GZ

Beroepsprestatie 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften (2014-mz4-pbgz-pbsd-bp1.4)

 

Werkprocessen met de competenties van deze beroepsprestatie

 

 Nummer  van

 het werkproces

 

 Titel van het werkproces

   Competenties die bij het
   werkproces horen

2.1

 

Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging

C Begeleiden

D Aandacht en begrip tonen

F Ethisch en integer handelen

K Vakdeskundigheid toepassen

3.3

 

Stemt werkzaamheden af met betrokkenen

E Samenwerken en overleggen

Q Plannen en organiseren

                       

 

1 Oriënteren

Typering van deze beroepsprestatie

De persoonlijk begeleider ondersteunt cliënten bij hun basisbehoeften. Ondersteuning bij basisbehoeften kan variëren van hulp bij het wassen, de toiletgang, de mobiliteit en het slaap- en waakritme tot geven van instructie en stimulans. Sommige cliënten zijn zelfredzaam met een beetje ondersteuning. Andere cliënten beschikken wel over de fysieke mogelijkheden, maar kunnen het psychisch niet aan om zelf in hun basisbehoeften te voorzien. Soms zijn cliënten volledig afhankelijk van hulp.

 

De persoonlijk begeleider biedt verschillende vormen van ondersteuning bij basisbehoeften: een complete wasbeurt op bed, wassen aan de wastafel, onder de douche of in bad. Soms neem je de hele zorg over. Een andere keer begeleid je iemand bij het klaarleggen van de kleding en hoef je de cliënt alleen maar te herinneren aan het douchen. Dan ben je meer bezig met stimuleren, tips geven en de cliënt aan te moedigen tot zelfzorg. Op die manier heeft de cliënt de kans zich waar mogelijk te ontwikkelen en zelfredzaam te worden.  Je taak kan ook zijn:  het adviseren over het gebruik van hulpmiddelen of aanpassingen in de leefomgeving.

 

De hulpvragen en de doelen van de cliënt zijn beschreven in het ondersteuningsplan.

Wat de begeleider doet in de begeleiding en ondersteuning wordt afgestemd met de cliënt, collega’s en andere betrokkenen.

 

Sami werkt in Berk 2, een woning voor mensen met een verstandelijke beperking. Als Sami het huis binnenkomt, liggen alle zeven bewoners nog te slapen. Hij maakt elke bewoner wakker op de manier die hij/zij prettig vindt. “Lekker geslapen?”,  “Kom zo je uit bed?” Geleidelijk aan staan de bewoners op. Ze wassen zich en kleden zich aan, sommige bewoners krijgen daarbij ondersteuning van Sami.

 

Lena werkt in de ouderenzorg, op een psychogeriatrische afdeling. Vandaag wast zij mevrouw Özkal op bed. Mevrouw Özkal kan zelf weinig meer. Lena maakt rustig contact met mevrouw en zet  een CD op met Turkse muziek. Daarna legt zij alles klaar wat zij nodig heeft. Ook al kan mevrouw Özkal weinig zelf, ze geniet van de verzorging en dat weet Lena. Tijdens de verzorging ziet zij dat er op de linker ellenboog een wondje zit. Zij overlegt na de verzorging met haar begeleider wat er aan gedaan moet worden.

 

2 Plannen

Overleg met je begeleider over je POP en de voorwaarden voor het uitvoeren van de opdrachten in de beroepsprestatie. Bekijk de resultaten en de voortgangsbeoordelingslijst. Maak vervolgens je PAP. Leg een inleverdatum voor de resultaten vast.

 

Stap 1 en 2 van de Wegwijzer zijn aangetoond.                                              GO/NO GO

 

De moeilijkheidsgraad

De mate van complexiteit van de beroepssituatie

De mate van zelfsturing

 

De mate van verantwoordelijkheid voor

  • gesloten context
  • geleid

X     uitvoeren van het eigen takenpakket

X      open context

X     begeleid

  • jouw samenwerking met collega's
  • complexe context
  • zelfstandig*
  • de hele zorg- en begeleidingscyclus
 

 

  • aansturen van collega’s op hetzelfde of lager niveau

   * zelfstandig is niet van toepassing omdat de beroepsprestatie ontwikkelgericht is

 

Het gewenste resultaat van deze beroepsprestatie

In deze beroepsprestatie zorg je er voor dat de cliënt passende verzorging ontvangt. Je stimuleert de zelfredzaamheid van de cliënt om te voorzien in zijn basisbehoeften.

Je stemt je werkzaamheden af met betrokken collega’s zodat de ondersteuning goed, soepel en eenduidig verloopt.

 

3 Uitvoeren

De competenties uit deze beroepsprestatie worden beoordeeld met behulp van de voortgangsbeoordelingslijst.

De beoordelingsvormen zijn: gedragsbeoordeling en/of specifieke bewijsstukken.

Maak hierover afspraken met je begeleider(s).

 

Opdrachten


A. Begeleiden bij persoonlijke zorg

Begeleid een cliënt bij basisbehoeften: de persoonlijke, lichamelijke verzorging (waaronder uiterlijke verzorging, toiletgang, mobiliteit, slaap- en waakritme).

Ga uit van het ondersteuningsplan en de doelen van de cliënt. Maak gebruik van informatie die je hebt verkregen tijdens je omgang met de cliënt en informatie uit beschikbare andere bronnen.

Voorafgaand aan het begeleiden van de cliënt overleg je met collega’s en stem je de werkzaamheden af, zie opdracht B.

 

Gedragsbeoordeling WP 2.1: C, D, F, K

 

B. Overleggen en afstemmen

Bespreek de begeleiding bij basisbehoeften van de cliënt uit opdracht A met collega’s en/of andere disciplines die betrokken zijn bij de cliënt. In de bespreking stem je de ondersteuning die je geeft af met de betrokkenen.

Bereid de bespreking schriftelijk voor:

- zet een korte beschrijving van de cliënt op papier, waarin je aangeeft wat de   mogelijkheden en tekorten ten aanzien van de zelfredzaamheid van de cliënt zijn

- waarin je cliënt wilt ondersteunen en hoe je dat wilt aanpakken

 

Schrijf de vragen je hebt aan de betrokkenen op.

Na de bespreking schrijf je de aanvullende informatie die je hebt gekregen op en de betekenis ervan voor je begeleiding van de cliënt.

 

Gedragsbeoordeling WP 3.3: E

Verslag overleggen en afstemmen WP 3.3: Q

 

Bewijsstukken

Lever de volgende bewijsstukken aan:

- Volledig ingevulde voortgangsbeoordelingslijst

- Verslag overleggen en afstemmen

 

4 Controleren

5 Evalueren

Deze stappen zijn onderdeel van de voortgangsbeoordelingslijst.

 

 

Voortgangsbeoordelingslijst

 

Beroepsprestatie 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften (2014-mz4-pbgz-pbsd-bp1.4)

 

Opleiding Maatschappelijke zorg 4:

Persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg

Persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen

 

 

 

Naam student:

 

 

Cohort: 

 

 

 

 

Beoordelingscriteria

Goed aangetoond

Voldoende aangetoond

Onvoldoende aangetoond

Werkproces  2.1 Ondersteunt de cliënt bij de persoonlijke verzorging

Gedragsbeoordeling

Competenties

De student:

C Begeleiden

 

  • stimuleert en motiveert de cliënt te werken aan zijn doelen op het gebied van persoonlijke zorg
  •  

 

 

  • coacht de cliënt om zelf oplossingen te bedenken en alternatieven uit te proberen

 

 

 

  • zorgt er voor dat de omstandigheden zo zijn dat de cliënt zich waar mogelijk kan ontwikkelen

 

 

 

D Aandacht en begrip tonen

 

  • toont begrip voor de mening en gevoelens die de cliënt heeft over hoe hij er uitziet en de manier waarop hij zich verzorgt

 

 

 

F Ethisch en integer handelen

 

  • gaat discreet om met de privacy van de cliënt

 

 

 

  • komt gemaakte afspraken met de cliënt na

 

 

 

K Vakdeskundigheid toepassen

 

  • voert handelingen snel en accuraat uit

 

 

 

  • handelt volgens ergonomische voorschriften

 

 

 

Feedback  aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

 

 

 

 

 

 

 

Werkproces  3.3 Stemt de werkzaamheden af

Gedragsbeoordeling

Competenties

De student:

E Samenwerken en overleggen

 

 

  • overlegt op tijd met betrokkenen bij de ondersteuning van persoonlijke zorg

 

 

 

  • kan vertellen wat de consequenties zijn van je handelen

 

 

 

  • zet zich om tot een soepele samenwerking met het team te komen

 

 

 

  • geeft relevante informatie door aan het multidisciplinair team

 

 

 

Bewijsstuk Verslag overleggen en afstemmen

Q Plannen en organiseren

  • formuleert duidelijke en haalbare doelen ten aanzien van haar werkzaamheden bij de persoonlijke zorg

 

 

 

  • geeft mogelijke knelpunten aan

 

 

 

  • houdt rekening met tijd en kwaliteit

 

 

 

Feedback  aan de hand van bovengenoemde beoordelingscriteria

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Afspraken met betrekking tot acties die de student gaat ondernemen om zichzelf verder te ontwikkelen  (POP/PAP)

 

 

 

 

 

 

 

 

Beoordeling beroepsprestatie 1.4 Begeleiden bij basisbehoeften (2014-mz4-pbgz-pbsd-bp1.4)

s.v.p. aankruisen wat van toepassing is

 

  • goed aangetoond
  • voldoende aangetoond
  • onvoldoende aangetoond

 

 

 

 

Naam begeleider:   .........................................

(s.v.p. voluit schrijven in blokletters)

 

Functie:

 

Instelling:

BPV   

Opleiding

 

Datum:

 

Handtekening:

 

 

Naam begeleider:  .........................................

(s.v.p. voluit schrijven in blokletters)

 

Functie:

 

Instelling:

BPV   

Opleiding

 

Datum:

 

Handtekening: