Voordat een boon een grote plant is moet er heel wat gebeuren. Zo moet de boon in de juiste milieuomstandigheden komen voordat het kan ontkiemen. De boon heeft bijvoorbeeld water nodig, maar ook de temeratuur van de omgeving is belangrijk voor de boon om tot ontkieming te komen. Tijdens het ontkiemen wordt het kiemplantje groter en zwaarder. We noemen dat groeien. Groeien gaat altijd over lengte en gewicht. Het kiemplantje groeit echter niet alleen, er zijn ook onderdelen die veranderen. Zo ontstaan er steeds meer bladeren aan de plant en ontwikkelen zich bloemknoppen. Alle veranderingen die plaatsvinden noem je ontwikkeling.
Meestal zorgt een bonenplant ervoor dat hij zelf ook weer zaden maakt. De bonenplant plant zich voort (voortplanting). Hierdoor sterft de soort bonenplant niet uit. De bonenplant zelf gaat natuurlijk wel dood, aan het eind van zijn leven. Je kunt zeggen dat de soort blijft bestaan, maar dat de individu dood gaat.
Hieronder zie je een link naar een animatie die gaat over de Levenscyclus van een boon.
De levenscyclus van een zaadplant