Titel verticale as = begingetal +/- stapgrootte x titel horizontale as
Begingetal = Op welke hoogte snijdt de grafiek de verticale as?
+/- Bij een stijgende grafiek een + Bij een dalende grafiek een -
Stapgrootte = Kies 2 punten op de grafiek die je makkelijk af kan lezen. Doe de deling: verticaal verschi: horizontaal verschil.
Hieronder uitleg met een paar filmpjes:
1.
a |
Teken een assenstelsel. Zet bij de horizontale as de variabele getal en bij de verticale as de variabele uitkomst. |
b |
In welk punt snijdt de lijn de verticale as? |
c |
Hoe groot is de stapgrootte? |
d |
Maak een formule bij het verband tussen getal en uitkomst. |
2.
a |
Teken een assenstelsel. Zet bij de horizontale as de variabele getal en bij de verticale as de variabele uitkomst. |
b |
In welk punt snijdt de lijn de verticale as? |
c |
Hoe groot is het stapgrootte? |
d |
Maak een formule bij het verband tussen getal en uitkomst. |
3.
Voor het bepalen van de proefwerkcijfers heeft een leraar de volgende tabel gemaakt.
aantal punten | 0 | 4 | 8 | 12 | 16 | 20 | 24 | 28 | 32 | 36 |
cijfer | 1 | 2 | 3 | 4 | 5 | 6 | 7 | 8 | 9 | 10 |
a |
Vul in: |
b |
Maak een formule bij het verband tussen het aantal punten en het cijfer. |
c |
Reken met de formule uit welk cijfer je krijgt als je 30 punten hebt gehaald. |
4. Geef bij de volgende grafieken de formule:
5. Geef van de volgende grafieken de formule:
6. Geef de formules van onderstaande grafieken.