8.4 Eenheden van tijd

Een tijd-eenheid staat voor een bepaalde hoeveelheid tijd. Met eenheden van tijd kun je rekenen.

 

Voorbeelden:

1 jaar = 52 weken

52 weken = 12 maanden

1 week = 7 dagen

1 dag = 24 uur

1 uur = 60 minuten

1 minuut = 60 seconde

1 uur = 60 x 60 = 3600 seconden

1 dag = 24 x 3600 = 86 400 seconden

792 uren = 792 : 24 = 33 dagen

54 jaren = 54 x 12 = 648 maanden

 

Tabel

Eenheden van tijd

 1 millennium = 1000 jaren  het meervoud van millennium is millennia
 1 eeuw = 100 jaren  
 1 jaar = 4 kwartalen  
 1 jaar = 12 maanden  1 jaar is 365 dagen, of 366 dagen in een schrikkeljaar *
 1 jaar is 52 weken + 1 dag, of + 2 dagen in een schrikkeljaar *
 1 kwartaal = 3 maanden = 1/4 jaar  
 1 maand = 1/12 jaar  1 maand is 30 of 31 dagen, en in de maand
 februari 28 dagen of 29 dagen in een schrikkeljaar *
 1 week = 7 dagen  
 1 dag (etmaal) = 24 uur  
 1 uur = 60 minuten  
 1 minuut = 60 seconden  

* Een schrikkeljaar komt om de vier jaar voor. Een 'gewoon' jaar heeft 365 (= 52 x 7 + 1) dagen, een schrikkeljaar heeft 366 dagen.

 

2,45 uur is niet 2 uur en 45 minuten, maar 2 uur en 0,45 x 60 = 27 minuten.

3,6 jaar = 3 jaar en 0,6 x 365 = 219 dagen.

 

Opgaven

 

1

 Kees vliegt naar Spanje. De vliegreis duurt 165 minuten. De reistijd is

        ............. uur en ................. minuten.

 Loes gaat met de auto op vakantie. Ze zit 5 uur en 45 minuten in de auto.

       Hoeveel minuten zijn dat?

2

a  86 uur =  ............. dagen en ....... uur

 27 maanden = ................. jaar en ................. maanden

 626 jaar = ..................... eeuwen en ............. jaar

 

3

a   5 minuten = ...seconden 

b  12 uur = ...minuten

c   3 dagen = ...uren

 2 kwartalen = ...weken

 3 eeuwen = ...jaar

  2 uur = ...seconden

 

4

a  Hoeveel jaar en hoeveel dagen is 5,8 jaar?

 Hoeveel uur en hoeveel minuten is 3,2 uur? 

 Hoeveel dagen en hoeveel uur is 6,5 dagen? 

 Hoeveel minuten en hoeveel seconden is 520 seconden?