7.7 D-toets

Diagnostische toets

 

1.

 

2.

 

3.

4.

5.

6.

 

7.

a. Bereken de omtrek van deze vlieger op 1 decimaal nauwkeurig.

b. Bereken de oppervlakte van deze vlieger.

 

 

Oppervlakte en inhoud ruimtefiguren:

 

8. Bereken de oppervlakte en de inhoud van deze balk.

 

 

9. Bereken de oppervlakte en de inhoud van deze cilinder.

 

10. Bereken de inhoud van deze prisma's.

                        

 

11. Bereken de inhoud van deze piramide.

 

12. Bereken de inhoud van deze kegel.

 

Oppervlakte en inhoud vergroten:

 

13.

Joan maait grasvelden om wat bij te verdienen. Fam de Wit heeft een grasveld van 20 m2. Fam de Zwart heeft een grasveld van dezelfde vorm. De vergrotingsfactor van 4. Bereken de oppervlakte van het rgasveld van fam de Zwart.

 

14.

Een terras van 12 m2 wordt 3 keer zo groot gemaakt. Wat is de oppervlakte van de vergrootte terras?

15.

Ronde spiegels worden in verschillende maten gemaakt. De oppervlakte van een kleine spiegel is 50 cm2. De oppervlakte van de grote spiegel is 2500 cm2. Bereken de vergrotingsfactor.

 

16.

Bianca ontwerpt een vijver. Op de schaal is de vijver 25 cm2, in werkelijkheid is de vijver 25 m2. Bereken de vergrotingsfactor. En op welke schaal is de tekening gemaakt?

 

17.

Een doos heeft de inhoud van 35 m3. De andere doos is 3 keer zo groot.

Wat is zijn inhoud?

 

18.

De inhoud van een melkkannetje is 1,2 dl. Er bestaan grotere melkkannetjes met dezelfde vorm. Daarvan zijn alle maten 2,5 keer zo groot. Bereken de inhoud van dit grotere melkkannetje.

 

19.

Bij snackbar "het frietje' verkopen ze milkshakes. De kleine beker heeft een inhoud van 0,2 liter. De grote van 0,8 liter. De bekers hebben dezelfde vorm. Bereken de vergrotingsfactor.

 

20.

2 blikken zijn gelijkvormig. De ene heeft een inhoud van 150 ml, de andere 900 ml.

Bereken de vergotingsfactor.

 

Uitwerkingen diagnostische H7.docx