Gegeven is de volgende vraagfunctie:
qv = -4P + 40.
Teken een grafiek om je antwoorden bij 1 en 2 te onderbouwen.
1. Hoe groot is het consumentensurplus als de prijs € 3,- is?
2. Bereken de verandering van het consumentensurplus als de prijs € 2,- wordt. Geef ook aan of het een toename of een afname is.