Om de genoemde doelen te kunnen bereiken en om aan te kunnen tonen wat jij kan, zijn de volgende succescriteria verwoord. Je kan deze succescriteria voor alles wat je tijdens de Engelse les doet gebruiken als een extra check. Daarbij is ook een verschil gemaakt tussen een aantal Basis en Uitbreiding's criteria. Deze succescriteria zijn ook de onderdelen waar je feedback op zal ontvangen en waar jouw expert je op zal wijzen.
Succescriteria Taalvaardigheid:
Mijn zinnen bestaan uit een onderwerp (wie?), werkwoorden, lijdend voorwerp (wat?) = Basis, een beschrijving van plaats (waar?), een beschrijving van tijd (wanneer?). Ook gebruik ik bijwoorden en bijvoeglijk naamwoorden om mijn zinnen mee aan te kleden = Uitbreiding.
Als ik zinnen maak, speel ik met de Engelse woordvolgorde en grammatica structuren die we nog niet gehad hebben = Uitbreiding
Nadat ik de basis heb verwerkt, kijk/overleg ik wat ik extra toe kan voegen = Uitbreiding
Ik weet hoe ik me voor de lessen kan voorbereiden en leren door video's te kijken, uitleg te vragen of een tekst te raadplegen = Basis
Ik weet hoe ik mijn leerwerk (de woordenlijsten en Basics) iedere week bij moet houden en welke leerstijl (overschrijven, spelletjes, WRTS) bij mij past = Basis
Ik weet hoe ik kan werken aan onderwerpen die niet goed gingen om ze toch te beheersen en dit aan te tonen = Basis
Ik maak mijn werk op tijd af = Basis
Ik zorg dat mijn spullen geordend zijn = Basis
Ik schrijf met hoofdletters en interpunctie = Basis
Succescriteria Werkhouding:
ik kan mijn spullen en documenten geordend houden in mijn Drive.
Ik laat me overhoren om te checken of ik voldoende geleerd heb.
Ik spreek in de klas tegen de expert en mijn klasgenoten zoveel mogelijk Engels.
Ik vraag voor mijn gemaakte werk tenminste 1x feedback.
Ik neem bij problemen en vragen contact op met de expert.
Ik ga, bij (tegenvallende) feedback, in gesprek met mijn expert.