Sommige werkwoorden krijgen de uitgangen -de en -den, andere de uitgangen -te en -ten. Dat hangt af van de eindklank van de stam. Als dat een van de medeklinkers van 't kofschip of 't fokschaap is (/t/, /k/, /f/, /s/, /ch/, /p/), of de medeklinker /sj/ (bijvoorbeeld in ramsjen), dan krijgen de vervoegde vormen -te(n). Als de stam eindigt op een klinker of een stemhebbende* medeklinker, krijgen de vervoegde vormen -de(n).
delen |
werken |
|
deel |
stam |
werk |
ik, jij, het deelde |
stam+de/te |
ik, jij, het werkte |
wij, jullie, zij deelden |
stam+den/ten |
wij, jullie, zij werkten |
Als de stam eindigt op d of t, wordt de verleden tijd met een dubbele medeklinker geschreven.
smeden |
vergroten |
|
smeed |
stam |
vergroot |
ik, jij, het smeedde |
stam+de/te |
ik, jij, het vergrootte |
wij, jullie, zij smeedden |
stam+den/ten |
wij, jullie, zij vergrootten |
taalverzorging werkwoordspelling
De spellingjuf legt aan de hand van korte filmpjes de werkwoordspelling uit. Op speelse wijze en duidelijk vertelt zij over sterke en zwakke werkwoorden, tt of vt of vtd. Geschikt voor individueel gebruik.
Nederlandse taal
Website waarop je je kennis van spelling en grammatica kunt testen.