Am Wochenende

Wohin gehen wir?
Situatie:
Zusammen mit einem Mitschüler planst du ein Wochenende und besprichst du die verschiedenen Möglichkeiten.
Orientiert euch auf diesen Websites:

Samen met een klasgenoot plan je een weekendje weg. Je bekijkt de volgende mogelijkheden. Orienteer je op de websites:

A
Zusammen mit einem Mitschüler planst du ein Wochenende und besprichst du die verschiedenen Möglichkeiten. Orientiert euch auf den Websites oben.
Macht eine Liste mit drei möglichen Zielen.
Werk samen met een medeleerling. Maak een lijstje met mogelijke uitstapjes voor een weekend. Met behulp van de websites hierboven maak je een lijst met 3 mogelijke bestemmingen.

B
Besprecht auf Deutsch, wohin ihr am liebsten wollt und warum.
Bespreek met je medeleerling welke van de genoemde activiteiten in aanmerking komt en waarom.

Denk hier aan:

 

Evaluatie
Je hebt het goed gedaan als: