Wat kan ik straks?
Aan het eind van de opdracht kun je:
- de namen en functies van de vrouwelijke geslachtsorganen benoemen.
- de namen en functies van de mannelijke geslachtsorganen benoemen.
- het verloop van de menstruatiecyclus beschrijven.
- uitleggen wanneer de eisprong (ovulatie) plaatsvindt en wat er gebeurt.
- uitleggen hoe mannen en vrouwen klaar kunnen komen.