Wat kan ik straks?
Hieronder zie je de leerdoelen staan die horen bij de opdracht geraamte.
Aan het einde van deze opdracht kun je:
- uitleggen waarom je een skelet nodig hebt.
- de namen van de beenderen van het skelet benoemen.
- de verschillende botgroepen benoemen.
- bij verschillende diersoorten de plek van tenen/vingers, voeten/handen, onderarm/bovenarm en dijbeen onderscheiden.
- de kenmerken van zoolgangers, teengangers, hoefgangers (topgangers) en zool-/teengangers beschrijven.