Schrijf de namen van de zeven botgroepen op het skelet.
Geef elke botgroep een andere kleur.
Schrijf de nummers van de volgende beenderen op het skelet:
1. dijbeen
2. opperarmbeen
3. middenvoetsbeentjes
4. halswervels
5. borstbeen
6. heupbeen
7. scheenbeen
8. onderkaak.
Geef de botten waarbij, bij volwassenen, beenmerg wordt aangemaakt een zwarte stip.
Beoordeling
Je docent let bij de beoordeling op de volgende punten:
Ziet de pop er netjes uit en is hij volgens de stappen gemaakt?
Staan de nummers van de verschillende beenderen op de juiste plek in het skelet?
Zijn de botgroepen voorzien van kleur en de juiste naam?
Staan de botten waarin bij volwassenen beenmerg wordt gemaakt gemarkeerd?
Klaar en tevreden?
Laat je trekpop beoordelen door je docent.