Onderzoekscyclus
Bekijk de verschillende stappen van de cyclus en lees de uitleg.
Lees daarna ook de uitleg in de Gereedschapskist.
Waarnemen
De onderzoekscyclus begint met een waarneming.
De onderzoeker neemt iets waar en vraagt zich af wat hij ziet.
Onderzoeksvraag
De onderzoeker vraagt zich af wat hij waarneemt. Hij/zij stelt een onderzoeksvraag op. Het onderzoek gaat antwoord geven op de onderzoeksvraag.
Hypothese
De onderzoeker heeft de onderzoeksvraag opgesteld en stelt vervolgens een hypothese op.
De hypothese is het meest logische antwoord op de onderzoeksvraag.
Experiment
De onderzoeker bedenkt een experiment waarmee hij/zij antwoord kan krijgen op de onderzoeksvraag. Hij/zij verzamelt de materialen die nodig zijn voor het experiment en voert het experiment uit.
Resultaten
Tijdens het experiment wordt nauwkeurig opgeschreven wat wordt waargenomen. De resultaten worden verwerkt, bijvoorbeeld in een tabel of in een diagram.
Conclusie
Na afloop van het experiment wordt op basis van de resultaten een antwoord gegeven op de onderzoeksvraag.
Ook wordt gekeken of de hypothese juist of onjuist was.
Evaluatie/discussie
Als de conclusie is getrokken wordt gekeken of de conclusie klopt met bestaande theorieën.
Vaak heeft de onderzoeker tijdens het experiment iets gezien dat hij/zij daarna wil onderzoeken.
|
Natuurwetenschappelijk verslag makenSchrijf je een verslag van een onderzoek voor biologie of NaSk, dan wordt dit een natuurwetenschappelijk verslag genoemd. Het is hierbij vooral belangrijk dat het doel van je onderzoek en de manier waarop je het uitvoert zo duidelijk mogelijk wordt weergegeven. Het schrijven van zo’n verslag gebeurt in verschillende stappen. |
|