Wat kan ik straks?

In de tabel vind je de leerdoelen van dit thema.

Aan het einde van dit thema kan ik:

Opdracht

  • de verschillende celonderdelen van zowel een plantaardige als een dierlijke cel benoemen.
  • uitleggen wat de functie is van deze celonderdelen.
Dierlijke en plantaardige cellen
  • organismen onderverdelen in vier rijken door te kijken naar het verschil in cellen.
  • beschrijven hoe de cellen van dieren, planten, schimmels en bacteriĆ«n zijn opgebouwd.

Ordening organismen

  • beschrijven wat bedoeld wordt met tweezijdig en veelzijdig symmetrisch.
  • beschrijven wat bedoeld wordt met een inwendig en uitwendig skelet.
  • het dierenrijk onderverdelen in acht hoofdafdelingen.
  • van elke afdeling een eigenschap benoemen.
  • vijf verschillende klassen opnoemen waaruit de hoofdafdeling gewervelden bestaat.

Ordening dieren

  • het begrip levenscyclus beschrijven.
  • het verschil tussen een volledige en onvolledige metamorfose in eigen woorden uitleggen.
  • aangeven bij welke diergroepen metamorfoses voorkomen.
  • tekeningen maken van de verschillende fasen in een levenscyclus.

Levenscyclus dieren