Elke dag gebruik je je zintuigen, zonder dat je erbij stilstaat. Je ruikt dat er iemand aan het koken is, je hoort muziek, je voelt dat iets scherp is, of je bijt in een citroenpartje en trekt een zuur gezicht. Dankzij je zintuigen weet je wat er om je heen gebeurt – en kun je snel reageren als dat nodig is.
Maar hoe goed werken jouw zintuigen eigenlijk? En wat gebeurt er als je er eentje niet kunt gebruiken?
In deze opdracht ga je in groepjes je eigen zintuigen onderzoeken. Je test hoe goed jullie kunnen zien, horen, ruiken, proeven en voelen. Dat is niet alleen leuk om te doen – je leert ook meteen iets over hoe bijzonder je lichaam is.
Wat ga je doen?
Je vormt een groep van 3 tot 4 klasgenoten en voert samen 5 minitestjes uit.
Benodigdheden per groep:
Minitest 1: Zie je wat je ziet?
Kijk allemaal naar het blad met de optische illusie.
Wat zie je? Beweegt het echt of lijkt dat zo? Waarom is dat? Zien jullie allemaal hetzelfde?
Minitest 2: Wat hoor je?
Laat iemand uit je groep een blinddoek voordoen. Iemand anders maakt op verschillende plekken (links, rechts, voor, achter) een geluid.
Kun je aanwijzen waar het geluid vandaan kwam?
Minitest 3: Herken de geur
Laat iemand uit je groep de blinddoek voordoen. Laat diegene ruiken aan één van de geurpotjes.
Kun je raden wat je ruikt?
Minitest 4: Proef de smaak
Laat iemand uit je groep de blinddoek voordoen. Laat diegene diens neus dichtknijpen en laat diegene één van de voedingsmiddelen proeven.
Kun je zonder te ruiken toch proeven wat er in je mond zit?
Minitest 5: Wat voel je?
Laat iemand uit je groep de blinddoek voordoen. Beweeg een voorwerp langzaam langs hun huid (bijv. een potlood, gum, passer, touwtje van een trui, etc.).
Kun je voelen wat het is? Kun je ook raden wat de vorm is?
Nabespreking
Bespreek als groepje:
Klaar?
Dan weet je al best veel over hoe zintuigen werken — en dat is precies waar dit thema over gaat! In de komende lessen leer je hoe je lichaam prikkels opvangt, verwerkt en erop reageert.