Wat kan ik straks?
Aan het eind van deze opdracht kun je:
- uitleggen waarom je signaalwoorden in een tekst gebruikt.
- signaalwoorden herkennen in een tekst.
- minimaal drie tekstverbanden noemen.
- bij elk van deze drie tekstverbanden een voorbeeldzin verzinnen.
- aan de hand van voorbeeldzinnen een tekstverband benoemen.
- zelf gebruikmaken van signaalwoorden om verbanden aan te brengen in een tekst.