Sommige woorden kun als bijvoeglijk naamwoorden én als bijwoord bij een bijvoeglijk naamwoord worden gebruikt.
Voorbeeld:
In de eerste zijn is bijzondere een bijvoeglijk naamwoord.
In de tweede zin is bijzonder een bijwoord, dat hoort bij het bijvoeglijk naamwoord aardige.
Nog een voorbeeld:
In de eerste zin is verschrikkelijke een bijvoeglijk naamwoord.
In de tweede zin is verschrikkelijk een bijwoord, dat hoort bij het bijvoeglijk naamwoord harde.