Je bent een uitvinder die wilt doorbreken met een fantastisch idee. Dagen lang heb je nagedacht over wát je nu precies wil uitvinden, tot je op een dag op de televisie een programma ziet over ouderen en smartphones.

Uit het programma blijkt dat veel ouderen niet weten hoe om te gaan met hun smartphone. Jij bent wel begaan met het lot van de ouderen en besluit je daarop te richten. Jij bent immers een geweldig slimme uitvinder en kan vast wel wat beters verzinnen voor de ouderen dan wat er nu beschikbaar is. Je wilt een product (telefoon) maken voor ouderen die zij gemakkelijk kunnen gebruiken en die zij makkelijk mee kunnen nemen. De telefoon moet niet snel beschadigen en moet ook genoeg functies hebben.
Voordat je echter kan beginnen met het ontwerpen van een telefoon voor ouderen, moet je eerst weten wat er momenteel al beschikbaar is, wat de ouderen eigenlijk zoeken in een telefoon en ja zelfs wat ouderen eigenlijk zijn. Want, wanneer is iemand nu een oudere?
Op een rijtje:
