Thema 1: Wat is biologie
Biologie = de leer van het leven
Afkomstig van de Griekse woorden bios (leven) en logos (leer/wetenschap)
7 levensverschijnselen:
Natuurgetrouwe tekening = nauwkeurige tekening met alle details
Schematische tekening = alleen de belangrijke hoofdlijnen/onderdelen getekend
Buitenaanzicht / lengtedoorsnede / dwarsdoorsnede
Een zaad is opgebouwd uit:
De horizontale as van een grafiek is de x-as
De verticale as van een grafiek is de y-as
Groeien = het groter en zwaarder worden van een organisme
Ontwikkeling = het optreden van veranderingen in de bouw van een organisme
Groeispurt = een periode van snelle groei
Levensfasen:
Baby |
0 – 1 ½ jaar |
|
Peuter |
1 ½ - 4 jaar |
|
Kleuter |
4 – 6 jaar |
|
Schoolkind |
6 – 12 jaar |
Belangrijk periode voor geestelijke ontwikkeling |
Puber |
12 – 16 jaar |
Sterke lichamelijke veranderingen, o.a. voortplantingsorganen |
Adolescent |
16 – 21 jaar |
Persoon wordt geheel zelfstandig |
Volwassene |
21 – 65 jaar |
|
Oudere/bejaarde |
65 en ouder |
|
Metamorfose = gedaanteverwisseling = lichaamsbouw en levenswijze van jong dier is flink anders dan dat van een volwassen dier
Larve = jong dier dat nog metamorfose moet ondergaan
Levenscyclus vlinder:
Ei |
|
Rups (= larve) |
eet veel, vervelt enkele keren en groeit snel |
Pop |
zit in een cocon, eet niet, ontwikkelen nieuwe organen |
Vlinder |
Volwassen dier = imago |
Levenscyclus kikker:
Ei |
Kikkerdril in het water |
Kikkervisje |
Haalt adem met kieuwen en de huid |
Kikker |
Staart is verdwenen |