Toetsen en beoordelen
Dr. T. van der Valk schrijft in zijn rapport Excellentie en Differentiatie in hoofdstuk 4.3 een goed stuk over toetsen en beoordelen. Hieronder vind je een korte samenvatting. Voor het hele rapport (aanrader!) verwijzen wij naar :
www.schoolaanzet.nl/.../Excellentie_en_Differentiatie_-_webversie.pdf
De kerndoelen kunnen na een gedifferentieerde lessenserie op de gebruikelijke wijze getoetst en beoordeeld worden. Voor leerlingen die de kerndoelen versneld of compact verwerken is het vaak handig een diagnostische toets te hebben waarmee ze kunnen zien of ze inderdaad al voldoende weten en kunnen om voor de eigenlijke toets een goed cijfer te kunnen halen. Slagen voor zo’n diagnostische toets werkt geruststellend, waardoor leerlingen de emotionele ruimte kunnen vinden om zich met verdiepende/verrijkende opdrachten bezig te gaan houden.
In het algemeen geldt dat informeel toetsen, kijken waar de leerlingen zijn, wat de kwaliteit van hun werk is en daarop feedback geven van belang is. De leerling weet wat hij kent/kan en waar hij nog aan moet werken. En de docent weet dat ook, wat een voorwaarde is om de leerling adequaat te begeleiden.
Het is mogelijk geïndividualiseerde PTA’s (Programma van Toetsing en Afsluiting) te maken waarin gedifferentieerde leerdoelen in opgenomen kunnen worden.
Bij het aanbieden van verdieping/verrijking is het belangrijk dat leerlingen hun eigen doelen stellen en inbreng hebben. Extra opdrachten zijn vaak open en het onderwerp kan een keuze van de leerling zijn. Bovendien worden leerlingen uitgedaagd om verder te kijken, om dingen te testen en uit te zoeken. Hierbij is het belangrijk dat de leerling niet beoordeeld wordt op de juistheid van de opgedane kennis. Dit kan een drempel zijn. Het beoordelen op competenties die de leerling ontwikkelt is daarom aanbevolen. Denk dan aan bronnen raadplegen, samenwerken en volhouden. De docent kan dan zowel het proces van werken naar het product beoordelen, als het product zelf.
Toets- en beoordelingstips
1. Geef leerlingen een actieve rol in het stellen van doelen bij verrijkingsopdrachten: dit bevordert creativiteit en het gevoel van eigenaarschap van de leerling in het leerproces.
2. Geef geen feedback op de persoon, zoals: ‘Jij bent slim’. Dit werkt een fixed mindset in de hand en zet de leerling niet aan tot persoonlijke ontwikkeling. Geef inhoudelijke feedback op de geleverde prestatie: ‘wat ik er goed aan vind is..., wat beter kan is…’.
3. Gebruik een interactieve vorm van toetsen: laat het leerproces niet stoppen bij de gegeven beoordeling, maar laat leerlingen ook reflecteren op het leerproces.
(Van der Valk, 2014)
Digitaal toetsen
Via onderstaande link kom je op het rapport Digitaal Toetsen in het Voortgezet Onderwijs. Dit is een manier om vorm te geven aan gepersonaliseerd onderwijs.