Activiteit 4 - Proef 7

Proef 7: gehalte in mosbestrijder voor gazons.

 


Theorie:

Mosdoders bevatten o.a. -ionen en een kleine hoeveelheid -ionen.
Als je op een gazon loopt dat behandeld is met mosdoder, dan heb je grote kans dat je schoenen daarna vlekken op het tapijt achterlaten. Deze vlekken worden veroorzaakt door de aanwezige -ionen. We gaan in deze proef de concentratie bepalen.

De -ionen van mosdoder zijn oplosbaar in water. Als aan dit water thiocyanaationen worden toegevoegd, ontstaat een duidelijk roodgekleurd ion.
Hoe groter de oorsprongelijke -concentratie, hoe donkerder de kleur zal worden.

In deze proef wordt eerst een reeks oplossingen gemaakt, waarvan de -concentratie bekend is.
Vervolgens laat je een afgemeten hoeveelheid mosdoder een tijdje in een afgemeten hoeveelheid water staan.
De kleur van dit water vergelijk je met de reeks, zodat je kunt bepalen wat de -concentratie (in mg/L) in het watermonster is.



Benodigdheden:



Uitvoering (maken ijkreeks):

  1. Doe 0,868 gram in een maatkolf van 100,0 mL. Vul vervolgens aan met water. (Oplossing 1)
  2. Haal met een pipet 10,0 mL uit oplossing 1 en doe dit in een maatkolg van 1,0 L. Je hebt nu een -oplossing met 0,0868 gram (per liter).
  3. Vul vijf reageerbuizen volgens het onderstaande schema. Gebruik daarbij een zogenaamd verdeelpipet (hulp vragen). In de tabel is aangegeven wat de -concentratie in elke buis is.
Buis
 
-oplossing
(mL)
Water
(mL)
KSCN-
oplossing (mL)
-gehalte
(mg/L)
1. 1,00 8,00 1,00 1,00
2. 3,00 6,00 1,00 3,00
3. 5,00 4,00 1,00 5,00
4. 7,00 2,00 1,00 7,00
5. 9,00 0,00 1,00 9,00
  1. Sluit de buisjes af met een kurk en schud goed.
  2. Bewaar de buisjes goed, deze heb je nodig om de oplossing van het volgende deel van dit proefje te beoordelen.


Uitvoering (onderzoek aan mosdoder):

  1. Los ongeveer 1,0 gram (exacte hoeveelheid wel noteren) van de aan jou toegewezen gemalen mosdoder op in 100,0 mL water in een maatkolf van 100 mL.
  2. Voeg met een pipet 10,0 mL van de oplossing van mosdoder toe aan een maatkolf van 100,0 mL. Voeg vervolgens met een pipet 10,0 mL KSCN-oplossing toe. Vul vervolgens aan met gedestilleerd water tot de streep. Je hebt nu een oplossing van mosdoder met een concentratie van 1,0 g/L.
  3. Doe 10,00 mL van het monsterwater in een buis.
  4. Vergelijk de buis monsterwater met de reeks.


Vragen

  1. Bereken nu het massapercentage in mosdoder (maak gebruik van de kenniskaart).
  2. Controleer met een berekening of de eerste buis van de reeks inderdaad een -gehalte van 1,00mg/L heeft. Denk daarbij aan de molberekeningen die je vorig jaar hebt gehad.