Opdracht 4: Gesmolten zout - duo's
Er zijn verschillende manieren om te kijken of een gesmolten zout stroom geleidt.
Je kunt dat bijvoorbeeld doen door kaliumchloride en natriumchloride in een mortier fijn te maken en het mengsel te smelten in een ruisende vlam. Smelt het mengsel op een theelepeltje dat je vastzet met behulp van een statief(klem). Je kunt de stroomgeleiding testen door er uiteinden van twee uitgevouwen paperclips in te steken die verbonden zijn met de stekkers van een universeel-meter (Ohmstand, Ω).
Of door glas te smelten! Het lijkt misschien vreemd, maar glas is ook een zout. Klem een dun glasbuisje aan een statief. Steek er aan weerszijden een koperdraad in. Verbind die koperdraden met behulp van krokodilklemmen via een lamp aan een spanningsbron. Verhit nu het glasbuisje voorzichtig met een ruisende vlam.
Vragen
Maak een tekening hoe je stroom kan leiden door gesmolten glas. Vergelijk jullie tekening met die van een ander duo.
Vraag waar deze proef kan worden uitgevoerd of wordt gedemonstreerd. Verwerk de resultaten van deze proef in een soortgelijke tabel zoals tabel 3 van jullie teamboekje.
Jullie hebben waarschijnlijk wel eens kennis gemaakt met het toestel van Hofmann. Dan weet je ook wat er gebeurt als je met behulp van twee platina draden elektrische stroom door water stuurt waarin ook zwavelzuur is opgelost. Wat gebeurt er dan?
Hoe wordt dit proces genoemd?
Wat betekent het woord precies?
Kun je nu aangeven waarom zonder zwavelzuur niets gebeurt bij deze proef?
Welk belangrijk verschil is er bij de stroomdoorgang door een oplossing en bij stroomdoorgang door een stukje metaal?
In welk opzicht lijkt gesmolten zinkchloride op een oplossing ervan? In welk opzicht is er verschil?