Evaluate

01 - individueel
Voor de evaluatie hebben we in het overzichtje in de Introductie van deze module één lesuur uitgetrokken, maar daarnaast is het nodig dat je ook thuis in je eentje studeert. Je zou met de docent kunnen afspreken dat je voor stap 1 en 2 eerst thuiswerk doet. De evaluatieles zelf bestaat dan uit twee delen. In deel 1 bespreek je je aantekeningen over onderdeel 1 en 2 met je buurman en verbetert die waar nodig. De docent helpt je als dat nodig is. In deel 2 van de les beantwoordt de docent klassikaal gestelde vragen of stelt zelf vragen. Daarna is het verstandig dat je thuis je aantekeningen definitief op orde maakt en nog een keer studeert.

Stap 1
Het doel van evalueren is achterhalen of je alles weet, begrijpt en kunt wat in een module centraal staat. Daarom is de eerste stap in het evaluatieproces dat je teruggaat naar ‘Wat ga je leren?’ (introductie) en daar de subdomeinen nog eens bekijkt. Hopelijk komen er dan onmiddellijk een aantal zaken in je hoofd op, die je zo kunt ‘oplepelen’.

Stap 2
Daarna ga je dat proces herhalen, maar nu systematisch. Je probeert per subdomein uit ‘Wat ga je leren?’ in je (digitale) aantekenschrift beknopt een voorbeeld te geven. Neem de tijd die nodig is. Voor de een is dat een half uur, maar voor een ander kunnen dat zo maar twee uur zijn. Als je klaar bent, pak je je aantekeningen en al het modulemateriaal erbij, om de voorbeelden verder met steekwoorden aan te vullen of te verbeteren. Bestudeer daarna ' Aan de slag 5, 15 en 19 ' in het teamboekje.

Stap 3
Bespreek je voorbeelden met een medeleerling. Help elkaar bij het leren begrijpen van eventuele moeilijke onderdelen van de leerstof. Als je ergens niet uitkomt, vraag dan de docent om hulp.

Stap 4
Als je daarna je aantekeningen op orde hebt, is het zaak dat je zorgt dat alle informatie geordend in je hoofd opgeslagen wordt. Daardoor neemt de kans toe dat je het bij een toets of proefwerk nog uit je hoofd kunt halen. Het is belangrijk dat je steeds meer tijd gaat besteden aan die zaken die voor jou het moeilijkste zijn. Wat je goed weet en begrijpt, vraagt weinig leertijd. Dit leerprincipe noemen we ‘steeds meer aan steeds minder’.