Samenwerken
Om het groepswerk goed te laten verlopen heeft elk groepslid een eigen taak, naast de taken die volgens afspraak uitgevoerd moeten worden.
Deze taken zijn: de voorzitter, de secretaris, de contactpersoon en de klusser.
De voorzitter:
- Heeft de leiding.
- Maakt in onderling overleg een planning en zorgt ervoor dat iedereen weet wat hij moet doen.
- Houdt de tijd in de gaten.
- Verdeelt de taken eerlijk over de groepsleden.
De secretaris:
- Schrijft de planning en de afspraken op.
- Schrijft de resultaten van het onderzoek of de practica op.
- Is eindverantwoordelijk voor het groepslogboek.
De contactpersoon:
- Inventariseert eventuele vragen.
- Checkt altijd eerst of een groepsgenoot de antwoorden weet.
- Vraagt, als niemand in de groep de antwoorden weet, hulp aan docent of TOA.
De klusser:
- Haalt de spullen voor het practicum.
- Ruimt alles netjes op.
- Doet andere klusjes die noodzakelijk zijn voor een goed verloop van het onderzoek.
Taken van alle groepsleden:
- Eigen inbreng hebben
- Planning en eigen taken uitvoeren (dus ook hun eigen onderzoek: theorie en experimenten)
- Afspraken nakomen
- Groepslogboek bijhouden
Alle taken wisselen per twee lessen.