Aardolie en de wereldpolitiek

Laten we eens wat inzoomen op een periode die wat dichter bij onze tijd ligt.

Zoals je ziet staan hier enkele opvallende pieken in. De olieprijs is heel sterk afhankelijk van ontwikkelingen in de wereldeconomie en -politiek. Als je naar de grafiek kijkt zie je een zeer spectaculaire stijging van de olieprijs in 1973. Olie werd ineens 4 keer zo duur, een ongekende stijging die enorme effecten had op de wereldeconomie. De oorzaak hiervan ligt in het Arabisch-Israëlisch conflict. Op 6 oktober 1973 vielen Egypte en Syrië volledig onverwachts Israël aan. Tegelijkertijd draaiden de olieproducerende landen, verenigd in OPEC de oliekraan dicht als reactie op Westerse steun aan Israël. Het resultaat zie je in de grafiek die je net hebt gemaakt.

Ook in Nederland leidde dit tot grote problemen. De Nederlandse regering besloot zelfs om autoloze zondagen in te stellen om benzine te besparen. In onderstaand filmpje kun je zien wat dit voor gevolgen had.

 

 

In 1979 zie je iets vergelijkbaars gebeuren. Alweer stijgt de olieprijs in zeer korte tijd tot astronomische hoogten. Deze stijging werd veroorzaakt door de Islamitische revolutie in Iran. Door massale protesten tegen het regime van de Sjah en zijn vlucht naar de VS stortte de Iraanse olieproductie volledig in. Hoewel het effect op de wereldwijde olieproductie procentueel weinig voorstelde, zorgde paniek op de beurs voor een spectaculaire stijging van de olieprijs. Zo zie je dat sentiment, psychologie en angst voor onzekere tijden een grote invloed hebben op de prijs die voor olie moet worden betaald.