Het Grootboek
Alle veranderingen hebben gevolgen. Om nou niet steeds een nieuwe balans te maken, werken we met grootboeken.
Voor iedere bezitting en schuld wordt een grootboek geopend. Alle fianciƫle feiten worden hierin bijgehouden.
Dat doen we in het grootboek.
Vroeger gebeurde dat met kaarten die in een heel groot boek werden opgeborgen, het grootboek.
Voor deze veranderingen, deze fianciƫle feiten zijn regels.
We beginnen met het openen:
A Een rekening van bezit wordt gedebiteerd voorhet bedrag dat op de balans staat
B Een rekening van schuld wordt gecrediteerd voor het bedrag dat credit op de balans staat.
C De rekeing Eigen vermogen wordt bij opening gecrediteerd voor het bedrag dat dit op de credit kant op de balans staat.
Grootboekrekeningen hebben ook een nummer. Deze worden codes genoemd.