Open het Excelbestand Les 1 situatie Groningen en ga naar het tabblad bewoners.
In kolom A staan (vanaf het jaar 1986) alle data vermeld waarop er in Groningen een aardbeving is geweest. In kolom B is de bijbehorende magnitude van de desbetreffende aardbeving gegeven. Tenslotte geeft kolom D van alle data alleen het jaartal.
- In kolom F zijn alle jaartallen vanaf 1986 weergegeven. Bepaal in kolom G per jaartal het aantal aardbevingen. Gebruik hiervoor de AANTAL.ALS() functie.
- Maak een grafiek van het aantal aardbevingen per jaar. Kies als grafiektype een kolomdiagram. Zorg ervoor dat de grafiek een titel en as-labels heeft.
Vervolgens kijken we nu naar de magnitudes van de aardbevingen in Groningen. In kolom I staan alle magnitudes van -0,8 (de laagst voorkomende magnitude) tot 3,7 (de hoogst voorkomende magnitude).
- Bereken in kolom J per magnitude hoe vaak deze voor is gekomen in de periode van 1986-2015. Maak daarna een grafiek van het aantal aardbevingen per magnitude (in de periode van 1986-2015). Kies als grafiektype een kolomdiagram. Let weer op de titel en de as-labels.
Tenslotte maken we een grafiek waarin het aantal aardbevingen per jaar is opgedeeld in magnitude-categorieën. Hierbij gebruiken we de volgende categorie-indeling: M<1, 1≤M<2, 2≤M<3, 3≤M<3,5, M≥3,5. De bijbehorende gegevens zijn te vinden in kolom M, N, O, P en Q.
- Maak een grafiek van het aantal aardbevingen per jaar, opgedeeld in de hierboven genoemde magnitude-categorieën. Selecteer daartoe de gegevens in kolom M tot Q. Kies als grafiektype voor gestapelde kolom. Denk aan de titel en de as-labels.
Logboek: Voeg de drie grafieken toe aan je logboek.
Vragen:
1. Wat kunnen we concluderen uit het grafiekje van het aantal aardbevingen per jaar in Groningen? Omschrijf het verloop van de grafiek.
2. Waarom is het aantal aardbevingen per jaar in 2015 zo veel lager dan in 2014?
3. Wat is tot nu toe het maximale aantal aardbevingen per jaar?
4. Welke magnitude komt het meest voor? Hoeveel aardbevingen met deze magnitude zijn er geweest in de periode van 1986-2015?
5. Kan er geconcludeerd worden dat het aantal aardbevingen met een magnitude groter dan 3,5 op de schaal van Richter toeneemt?
6. Maak in Excel opnieuw een grafiek van het aantal aardbevingen per jaar opgedeeld in magnitude-categorieën. Kies in plaats van een gestapelde kolom nu voor het grafiektype gegroepeerde kolom. Wat zijn de voordelen van deze weergave van de gegevens? En wat zijn de voordelen van de gestapelde kolom?
Logboek: Voeg je antwoorden op deze vragen toe aan het logoek. Vergeet niet de nieuwe grafiek (vraag 6) bij te voegen.