Een inhouds-eenheid staat voor een bepaalde inhoud of volume. Bij het omrekenen van eenheden, reken je met de stapgrootte. De standaardmaat is de liter.
De stapgrootte tussen de eenheden van inhoud op de trap is steeds een factor 10.
Elke stap van 'groot naar klein' is keer 10 en van 'klein naar groot' is delen door 10.
Zo is 2 l gelijk aan 2000 ml,
want 2 x 10 x 10 x 10 = 2000 (3 stappen).
Tabel
Eenheden van inhoud |
|
hl = hectoliter | 1 hl = 100 l |
l = liter (standaardmaat) dm3 = kubieke decimeter |
1 l = 10 dl = 100 cl = 1000 ml = 1 dm3 |
dl = deciliter | 1 dl = 1/10 l = 0,1 l |
cl = centiliter | 1 cl = 1/100 l = 0,01 l |
ml = milliliter cm3 = kubieke centimeter |
1 ml = 1/1000 l = 0,001 l = 1 cm3 |
Voorbeeld 1:
In een zeephouder zit 1 liter vloeibare zeep. Per keer handen wassen wordt er 2,5 ml gebruikt. Na hoeveel keer is de zeephouder leeg?
Berekening: 1 liter = 1000 ml 1000: 2,5 = 400 keer.
Maak opdracht 14 tot en met 17 van stencil H8.